Vogels (ongeacht wat voor soort) weten altijd of hun legsel verstoord is doordat het patroon van de eieren veranderd is. Dat kan ook zijn wanneer de eieren niet zijn weggehaald, maar alleen wat anders zijn gelegd. Vogels kunnen wel dat patroon onthouden, maar ze kunnen niet tellen. Hoewel het wel klopt dat hele slimme vogels zoals kraaiachtigen wel een klein beetje kunnen tellen.
Als de eieren uitgekomen zijn, is dat patroon weg. Verdwijnt er een jong, dan merkt moeder dat doorgaans niet. Tenzij de omstandigheden op een of andere manier argwaan opwekken: de eend merkt dat er in de buurt een snoek of een kraai is die op de jongen aast, of een pulletje maakt veel herrie en dat houdt ineens op, of de moeder ziet toevallig dat er iets gebeurt. Is dat niet het geval, dan merkt ze niks, totdat er nog maar een of twee jongen over zijn. Gebeurt daar iets mee, dan mist ze die wel.
Hetzelfde geldt voor veel meer dieren: honden, katten, knaagdieren, noem maar op. Zolang er nog jongen achterblijven, mist de moeder het verdwenen jong niet.
- Bronnen:
-
Eigen ervaring, opgegroeid in de natuur...