Hoe word een gebroken been gezet?

de meeste breuken in benen worden operatief weer bij elkaar gezet door middel van schroeven of pinnen en daaraan word een gewicht gehangen waardoor er een kleine ruimte onstaat waar t bot weer aangroeid

De behandeling is gebaseerd op twee hoofddoelen:
- De botstukken op hun plaats terugbrengen.
- De botstukken op hun plaats houden (immobilisatie).
Soms moet een bot ’gezet’ worden. Dit betekent dat er aan het gebroken lichaamsdeel wordt getrokken om de botstukken weer op elkaar te krijgen. Dit is erg pijnlijk, daarom gebeurt dit meestal onder plaatselijke verdoving. Door middel van menselijke kracht of door gewichten wordt aan het been getrokken om zo de botstukken ten opzichte van elkaar weer op de juiste plaats te krijgen.
Na het “zetten” van het bot wordt een gipsspalk aangelegd. Vervolgens wordt een röntgenfoto gemaakt om te controleren of de juiste stand is bereikt. Als de juiste stand niet kan worden bereikt dan kan soms een operatie nodig zijn. Een gipsbehandeling is mogelijk als de botstukken niet of nauwelijks van hun plaats zijn of als het zetten van de botbreuk goed is gelukt.

Ongecompliceerde botbreuken van armen en benen worden bij voorkeur conservatief behandeld, dwz. zonder operatie. Doorgaans wordt de gezette breuk de eerste week met een gipsspalk gefixeerd om bloeduitstortingen e.d. te laten genezen, waarna circulair gips wordt aangebracht waarmee je veel meer (maar niet alles!) mag doen. Gecompliceerde breuken worden geopereerd waarbij de twee of meer botdelen worden gefixeerd met platen + schroeven, pennen of met een externe fixateur.