Het is niet zo dat alle dieren langzaamaan steeds intelligenter worden. Als dat zo zou zijn, zouden haaien, die al heel wat langer op aarde leven dan wij, vele malen intelligenter moeten zijn.
Evolutie vindt plaats in een richting die op dat moment de beste is. Gedreven door het toeval. Evolutie is dus niet gericht.
Bij de dinosaurussen, en bij de meeste andere dieren, is het niet nuttig om over de menselijke soort van intelligentie te beschikken. Althans, niet in die mate. De meeste dieren hebben meer aan een goed stel klauwen, een goed reukvermogen, een mooie schutkleur, enzovoort.
Zo ook bij de eerder genoemde haai. Die heeft meer aan efficiënt zwemmen, snel zwemmen, een goed stel kaken met scherpe tanden die naar binnen gericht staan, en een uitstekend reukvermogen.
In slechts (voor zover bekend) één geval was het nuttig voor een bepaalde soort primaten, intelligenter te zijn. Dat lag aan de complexe omgeving en de sociale structuur van de groep. Deze primaten hadden toevalligerwijs ook de beschikking over het energierijke voedsel dat nodig is om een energieslurpend stel hersenen te onderhouden.