na koud douchen blijft er minder kalk op de ruit van de douche dan na warm douchen.Hoe kan dat?

Bicarbonaat (HCO3-) in warm water (warmer dan 50 graden Celsius) is instabiel en kan uiteenvallen in een carbonaation, een proton en water. Het carbonaat slaat neer met calciumionen in het water, zeker op plekken waar al kalk is afgezet. Het proton reageert meteen met en ander bicarbonaation en vormt koolzuur. Het koolzuur valt ook snel uit elkaar in CO2 en water, het gevormde CO2 verlaat de oplossing als een gas. Bij lage temperaturen is het bicarbonaat stabieler en is CO2 beter oplosbaar, waardoor de pH lager wordt en er niet zo snel een neerslag wordt gevormd.

In warm water zijn gassen minder goed oplosbaar, zo ook CO2. Nu is het zo dat CO2 in water in chemisch evenwicht is met o.a. bicarbonaat. Bovendien zal een evenwicht veranderingen proberen tegengaan.

CO2 zal vanwege de minder goede oplosbaarheid verzadigd raken en uiteindelijk dus verdampen uit het water en bijgevolg krijg je een verschuiving van het evenwicht in het water. Bicarbonaat zal met een proton reageren tot water en CO2 om dit CO2-'verlies' tegen te gaan. Echter zal dit 'verlies' aan protonen de pH van het water doen dalen en om dit tegen te gaan zal een ander bicarbonaat-ion een proton afstaan en hierdoor reageren tot carbonaat. Het carbonaatgehalte stijgt zodanig dat het oplosbaarheidsproduct van calciumcarbonaat sneller bereikt wordt. Resultaat? Meer kalkaanslag...