Er is een goede kans dat je slachtoffer bent van de larve van de oogstmijt.
De oogstmijt en zijn larven
Oogstmijten (Trombiculidae) zijn kleine beestjes van ongeveer 2 tot 5 mm lang. Ze hebben een gele tot helderrode kleur en lijken dankzij hun acht poten wel op kleine rode spinnetjes. Hoewel ze daarom soms geluksspinnetje genoemd worden zijn deze diertjes geen familie van de spin, ze behoren tot de orde van de mijten en teken (Acarina). De oogstmijt zelf, in volwassen vorm ook wel bekend als Fluweelmijt, is voor mensen volkomen onschuldig. In de vroege lente echter, leggen deze onschuldige oogstmijten eieren in de grond. Uit deze eieren komen oogstmijtlarven waarvoor men meestal de oorspronkelijk Engelse benaming gebruikt: chiggers. Deze chiggers hebben zes pootjes en zijn slechts 0.2 tot 0.3 mm groot. In tegenstelling tot de volwassen oogstmijten, die zich voeden met andere mijten en kleine diertjes zijn de chiggers parasitair, dat wil zeggen dat zij een mens of dier nodig hebben om zich mee te voeden en zich zo te kunnen ontwikkelen.
Mens of dier als gastheer van de chiggers
Chiggers hebben voor hun ontwikkeling maar éénmalig een maaltijd nodig. Voor deze maaltijd die bestaat uit half verteerd cel- en weefselvocht gaan ze op zoek naar een zogenaamde gastheer. Deze gastheer kan een ander dier zijn, waarbij de slachtoffers zeer divers zijn, ze komen voor bij bijvoorbeeld konijnen en vogels maar ook padden en slangen kunnen als gastheer functioneren.
Naast andere dieren kan een oogstmijtlarve ook een mens als gastheer gebruiken. Dit is echter voor de mijt geen gunstige keuze. De larven bijten zich namelijk vast in hun gastheer en zuigen zich dan in enkele dagen vol, echter worden ze bij mensen meestal al vroegtijdig verwijderd doordat mensen zich bijvoorbeeld krabben of stevig wassen. De oogstmijtlarven komen daardoor los en kunnen zich niet opnieuw vast bijten waarna ze dood zullen gaan.
Lees verder in de link.
- Bronnen:
-
http://mens-en-gezondheid.infonu.nl/aandoe...