In hoeverre kunnen wij een nieuwe ketel eisen?

Eisen wordt moeilijk, maar je kunt de ketel wel een handje helpen.
Een kleine kortsluiting doet wonderen en die ketel is dan meteen niet meer waard om gerepareerd te worden.

Als de verantwoordelijkheid voor het onderhoud van de ketel bij de verhuurder ligt, dan moet deze ervoor zorgen dat deze goed werkzaam is. De wet stelt dat de verhuurder deze gebreken op moet lossen. (artikel 7:206 van Burgerlijk Wetboek). Als de ketel het dus begeeft en de eigenaar laat deze spoedig repareren voldoen ze aan die eis.

Geeft de wet ook een reden om preventief om een nieuwe ketel te vragen? In artikel 204 staat een definitie van een gebrek:
"Een gebrek is een staat of eigenschap van de zaak of een andere niet aan de huurder toe te rekenen omstandigheid, waardoor de zaak aan de huurder niet het genot kan verschaffen dat een huurder bij het aangaan van de overeenkomst mag verwachten van een goed onderhouden zaak van de soort als waarop de overeenkomst betrekking heeft."

Zou je kunnen beargumenteren dat als de ketel zo'n vier keer per jaar kapot gaat dat er sprake is van een situatie waarvan de ketel "niet het genot kan verschaffen" dat jullie zouden mogen verwachten? Naar mijn mening is dat niet zo. Het is weliswaar vervelend, maar mijns inziens valt het niet als een gebrek aan te merken omdat je de rest van het jaar wel de ketel kan gebruiken. Daar bij komt ook nog dat de verhuurder vrij spoedig zal zijn met het oplossen van de storing. Let wel: dit is mijn interpretatie van de wet, wellicht vindt/vond een rechter wel dat je van een ketel meer betrouwbaarheid mag verwachten.

Natuurlijk staat het jullie wel vrij om de verhuurder even te wijzen op het feit dat de ketel zo vaak kapot gaat en dat het wellicht voor hen goedkoper is om deze te vervangen.

Welke verplichtingen de verhuurder heeft hebben de voorgaande beäntwoorders al gedaan.
Maar de kern van uw vraag was of u een nieuwe ketel kon eisen.
Ja dat kan, maar dan moet de ketel minimaal 10 jaar oud zijn.
Maar dan mag de verhuurder wel de huur verhogen.
Burgerlijk Wetboek 7 art.243