Normaliter zitten er in mandarijnen (en in alle fruit) pitjes.
Pitten zijn zaden, en die zijn nodig voor de reproductie.
Dus eigenlijk is het: zonder pitjes geen mandarijnenbomen.
Maar:
De pitloze mandarijnen (en druiven, bijv.) zijn ooit ontstaan door spontane mutaties.
Omdat dat wel handig was, is de teelt een handje geholpen door ze te enten op een wortelstok van een andere citrusboom (de bittere sinaasappel).
Later zijn ze de pitloze varianten ook speciaal gaan kweken in laboratoria.