Waarom bewaar je witte wijn (meestal) in de koelkast en rode wijn (meestal) niet?

Het hardnekkigste misverstand is dat rode wijn altijd op kamertemperatuur moet worden geserveerd. En onder kamertemperatuur verstaat men dan 20 a 21 graden. Dat is vrijwel altijd te warm!

Rode wijnen smaken doorgaans het beste op een temperatuur van 16 tot 18* C.

Er bestaat een toenemende tendens alle rode wijnen op keldertemperatuur te serveren. Als men de wijn in het glas schenkt en de gebruiker vindt ’m te koud, dan kan hij hem snel op de gewenste temperatuur brengen door de kelk even in de hand te houden. Andersom is dat moeilijker. Als de wijn te warm is kan men daar niets meer aan doen.

Schenkt men rode wijnen veelvuldig te warm, witte wijnen en rosé worden vaak te koud geserveerd. Dit geldt eveneens voor sherry.

Afhankelijk van het soort (hoe zoeter hoe kouder) voldoen de witte en rosé-wijnen het beste als ze tussen 8 en 12*C zijn.

Wijn koelen is simpel. Er bestaan 2 methoden.
In de eerste plaats die met de ijsemmer,
deze vult u met koud water en wat ijsblokjes.
Na een kwartier of een half uur is de wijn op de goede temperatuur. Wanneer u niet over een echte ijsemmer beschikt, geen nood, een gewone plastic emmer voldoet ook.

Natuurlijk kunt u ook de wijn in de koelkast koelen. U legt de wijn onder in de koelkast en laat hem een kwartier of drie liggen. Meestal is hij dan goed. Gebruik nooit een diepvriezer.