Bron: © Canva
Het is heerlijk om in je tuin het gezang van vogels te horen. Door zelf een vogelhuisje te maken, nodig je extra tuinvogels uit én je levert meteen een mooie bijdrage aan de natuur. Hieronder leg ik je in 9 heldere stappen uit hoe je dat aanpakt, stap voor stap.
Stap 1 – Kies het juiste materiaal
Voor een duurzaam vogelhuisje kies je bij voorkeur weerbestendig hout, zoals eiken of beuk. Dit hout houdt langere tijd stand tegen regen en wind. Je kunt ook overwegen houtbeton: dat warmt minder snel op, waardoor het binnenklimaat stabiel blijft voor de vogels.
Stap 2 – Verzamel je gereedschap en materialen
Wat heb je nodig?
- Houten planken (meestal volstaat één plank)
- Schroeven en spijkers
- Een scharnier voor het dak
- Een stokje voor het invlieggat (optioneel)
Qua gereedschap heb je nodig:
- Een accuboormachine
- Een zaag (bijv. decoupeerzaag)
- Een gatenboor
Vind je het zagen lastig, dan kun je in veel bouw- of kluszaken je plank op maat laten zagen.
Stap 3 – Zaag de planken op maat
Gebruik een bouwtekening als leidraad en zaag de onderdelen uit. Als je nog niet precies weet welke vogel je wilt aantrekken, kun je later bepalen welk invlieggat je kiest. Begin alvast met de basisonderdelen: bovenkant, zijkanten, bodem, voorkant en achterkant.
Tekst gaat verder onder de video >>
Stap 4 – Bepaal en boor de vlieggaten
De maat van de invliegopening is belangrijk: te groot en andere soorten nemen het vogelhuisje over, te klein en de vogel past er niet door. Hieronder wat richtlijnen:
| Vogelsoort | Diameter vliegopening |
|---|---|
| Spreeuw | ± 45 mm |
| Ringmus | ± 40 mm |
| Huismus | ± 35 mm |
| Koolmees | ± 32 mm |
| Kuifmees | ± 30 mm |
| Pimpelmees | ± 29 mm |
Kijk welke vogels je al op je balkon of in je tuin hebt en baseer je keuze daarop.
Stap 5 – Controleer de onderdelen
Voordat je iets definitief vastzet, test je of alle planken goed in elkaar passen zonder al te schroeven of nagelen. Zo zie je meteen waar je misschien nog moet wat moet bewerken, een klein stukje bijzagen kan al verschil maken.
Stap 6 – Zet het huisje in elkaar
Als alles correct past, kun je beginnen met het vastzetten. Begin vaak bij de achterkant, ga dan verder met de zijkanten en werk af met de voorkant. Boren van voorgeboorde gaatjes kan helpen om splijten van het hout te voorkom
Stap 7 – Bouw een open dak
Het is slim om het dak afneembaar te maken, zo kun je later het huisje schoonmaken. Bevestig het dak met een scharnier zodat je het eenvoudig open kunt klappen. Zo houd je het vogelhuisje fris en geschikt voor volgend voorjaar.
Stap 8 – Werk het geheel af
Schuur eventuele ruwe randen van het vogelhuisje en vul kieren op met geschikt houtvulmiddel. Behandel het hout met een niet-giftige beits, vernis of lak om het tegen weersinvloeden te beschermen. Als je wilt, kun je het huisje ook een subtiele kleur geven – maar te felle kleuren kunnen afleiden.
De tekst gaat onder de pin verder >>
Stap 9 – Kies de juiste plek om het op te hangen
De plek bepaalt grotendeels het succes:
- Hang het vogelhuisje op minstens 2 meter hoogte
- Plaats het aan de noord- of oostzijde van een boom, zodat het uit de felle zon, wind en regen blijft
- Vermijd plekken waar katten of andere roofdieren makkelijk bij kunnen
- Zorg ervoor dat het niet te dicht bij struiken staat waar roofdieren zich kunnen verschuilen
Extra tips voor vogels in de winter
Naast een vogelhuisje kun je de vogels ondersteunen door in de winter voedsel te geven (noten, zaden, vetbollen) en water te bieden, dat niet bevriest. Zo creëer je een complete vogelvriendelijke tuin waar het hele jaar leven te vinden is.
Met een zelfgemaakt vogelhuisje geniet je niet alleen van de aanblik en het gezang van vogels, maar draag je ook bij aan een stukje natuur dicht bij huis. Elke keer dat je een vogel in en uit ziet vliegen, weet je dat jouw inspanning direct resultaat heeft. Het is een eenvoudige klus met een groots effect: meer leven in de tuin, meer verbondenheid met de seizoenen en een dagelijks moment van rust en plezier.