Bron: © Instagram.
De roep om de koning weer te betrekken in het formatieproces klinkt door. Een groep Kamerleden wil dat het staatshoofd opnieuw een actieve rol krijgt bij het vormen van een kabinet. Zij vinden dat de politieke chaos van de afgelopen jaren bewijst dat het huidige systeem tekortschiet. Tegenstanders vinden dat het parlement zelf verantwoordelijk moet blijven. De discussie laait op, en de toon in Den Haag wordt scherper.
Hoe het ooit werkte
Tot 2012 was de rol van de koning in het formatieproces vanzelfsprekend. Na de verkiezingen riep de monarch de fractievoorzitters bijeen om te peilen welke coalities kansrijk waren. Daarna benoemde de koning een informateur, die onderzocht welke partijen samen een kabinet konden vormen. Pas in een later stadium wees de koning een formateur aan, meestal de toekomstige premier.
Deze aanpak was eeuwenoud. Veel politici zagen er destijds de voordelen van: rust, overzicht en een onafhankelijke procesbegeleider. Koningin Beatrix stond bekend om haar precisie en kalmte in gespannen politieke tijden.
Maar het systeem had ook zwakke plekken. De rol van het staatshoofd was niet democratisch gelegitimeerd, waardoor de formatie ondoorzichtig was. Tegenstanders vonden dat de Kamer zelf verantwoordelijk moest worden voor het bepalen van coalities.
Waarom de rol werd veranderd
In 2012 trok de Tweede Kamer de formatie volledig naar zich toe. Het doel was helder. Transparanter werken en politieke regie bij de gekozen volksvertegenwoordiging leggen. Sindsdien kiest de Kamer de verkenner, de informateur en uiteindelijk de formateur.
De koning werd ceremonieel. Hij wordt nog steeds geïnformeerd, maar speelt geen actieve rol meer. Het idee was dat Nederland hiermee een modernere, democratischer systeem kreeg.
Toch waren er ministeries, staatsrechtgeleerden en politici die toen al waarschuwden dat de Kamer hiermee ook verantwoordelijk werd voor het proces én voor alle mislukte pogingen.
Waarom partijen de koning nu terug willen
Een groeiende groep partijen vindt dat de huidige werkwijze vastloopt. Zij wijzen op formaties die maanden, soms bijna een jaar, duurden. Steeds weer misverstanden, lekken naar de pers, ruzies tussen partijen, of verkenners die vroegtijdig moesten aftreden.
3 argumenten keren terug:
1. Meer stabiliteit
Voorstanders zeggen dat de koning als neutrale figuur rust kan brengen. Hij staat boven politieke partijen, heeft geen verkiezingsagenda en kan spanning tussen partijen temperen.
2. Minder chaos rond verkenners
Er is in het verleden meerdere keren sprake geweest van gedoe rond de verkenningsfase. Partijen wijzen op incidenten, opgestapte verkenners en onduidelijke procedures. Voorstanders zeggen dat een stabiele rol voor de koning de kwaliteit en betrouwbaarheid van het proces kan verhogen.
3. Herstel van vertrouwen
Sommige Kamerleden vinden dat het vertrouwen in de politieke klasse is beschadigd. Een terugkeer van het staatshoofd zou het proces weer autoriteit geven en het gevoel van orde herstellen.
Lees verder onder de berichten >>
De koning terug in het formatieproces. Na een aantal debacles bij drie formaties is het tijd voor terugkeer van de koning bij formaties.
— André Flach (@ajflach) December 9, 2025
In mijn inbreng bij de begrotingsbehandeling van Algemene Zaken en Koning ga ik hier uitgebreid op in.
Te zien via: https://t.co/lX3L8zwHC3 pic.twitter.com/VeW1lYp8jV
Dit is ook een manier om met de universitaire bestuurderslobby om te gaan: laat ze het formatieproces begeleiden en de programmavorming sturen.https://t.co/kWIqDIE8mD
— Beter Onderwijs Nederland (@BestuurBon) December 9, 2025
Waarom veel partijen tegen zijn
Tegenstanders vinden dat de Kamer niet moet teruggeven van wat zij in 2012 heeft opgeëist. Volgens hen hoort de formatie bij de democratisch gekozen vertegenwoordiging en niet bij een erfelijke functie.
Zij benadrukken 3 punten:
1. Democratische controle moet centraal blijven staan
Het aanwijzen van een informateur door de koning zou indirect toch invloed van het koningshuis op politieke keuzes betekenen. Tegenstanders vinden dat onwenselijk in een moderne parlementaire democratie.
2. Bescherming van het koningshuis
Een actieve rol in een formatie brengt risico’s mee. Als onderhandelingen mislukken of controverses ontstaan, kan de koning worden meegesleept in politieke conflicten. Dit schaadt het imago van het koningshuis.
3. Verbeter het huidige systeem in plaats van teruggrijpen op het oude
Veel critici willen niet terug naar de oude situatie. Zij willen duidelijkere regels, strengere criteria voor verkenners en meer professionalisering van het proces.
De situatie in de Kamer nu
De motie die pleit voor terugkeer van de koning wordt gedragen door partijen die samen een stevig blok vormen. Toch is een meerderheid nog niet in zicht. Linkse en progressieve partijen zijn uitgesproken tegen, en sommige middenpartijen hebben bedenkingen.
Ondertussen loopt de huidige formatie stroef. Dat maakt het debat extra gevoelig. Want zodra formaties moeizaam verlopen, klinkt de roep om verandering automatisch luider.
Maar het wijzigen van het Reglement van Orde is een zware procedure. Zelfs als een meerderheid wordt gevonden, is het niet vanzelfsprekend dat het systeem direct wordt aangepast.
Wat betekent een terugkeer praktisch?
Als de koning opnieuw een rol krijgt, gaat het vooral om de eerste fase van de formatie: de verkenning.
Dat betekent dat:
- de koning gesprekken voert met alle fractievoorzitters
- hij een informateur benoemt
- hij controleert of een coalitie haalbaar is
- hij een formateur aanwijst zodra een akkoord dichtbij is
Het staatshoofd zou dan niet onderhandelen of politieke keuzes maken, maar zou wel weer de regie over het proces hebben.
Voorstanders zeggen dat dit het proces versnelt. Tegenstanders zeggen dat het juist terugbrengt wat ooit bewust werd afgeschaft.
Wat betekent dit voor de democratie?
Het debat legt een relevante spanning bloot. Kiezen we voor traditie en stabiliteit, of voor maximale democratische controle?
De oudere politieke generatie herinnert zich de rol van de koning als betrouwbaar en ordelijk. Jongere generaties zien vooral het risico van ondoorzichtige besluitvorming.
Wat ook helder wordt is dat de discussie niet alleen gaat over procedures, maar ook over vertrouwen. Vertrouwen in politici, in instituties en in een systeem dat soms piept en kraakt.
Bronnen:
De Volkskrant, Montesquieu-Instituut, NederlandRechtsstaat.nl