Hét vraag- en antwoordplatform van Nederland

Antwoorden (1)

Bij gebouwen met meer dan één hoofdtoegang dient het gebouw denkbeeldig in zoveel delen te worden verdeeld als er hoofdtoegangen zijn. Elk deel moet afzonderlijk van een nummer of een nummerreeks worden voorzien.
Het nummeren van gebouwen met meer dan één bouwlaag waarin meer nummers vereist zijn, moet worden begonnen bij de onderste bouwlaag met voor verblijf van mensen bestemde ruimten. Wanneer zich de mogelijkheid voordoet om zowel in horizontale als verticale richting te nummeren dan dient steeds eerst te worden gekozen voor horizontaal in richting van nummering en vervolgens verticaal in klimrichting. Wanneer de klimrichting tegengesteld is aan de richting van de nummering, dient steeds eerst te worden gekozen voor de klimrichting.

---
In Maastricht combineert men letters met cijfers. Dit gebeurt met name bij studentenhuizen in blokvorm. Zo kan het voorkomen dat men op 146A02 woont. Dit is dan huisnummer 146, begane grond (A), kamer 2. In Leiden wordt dit ook weleens toegepast bij flatwoningen: Kagerstraat 5-F 4 is bijvoorbeeld de vierde flatwoning op de vijfde verdieping van het flatgebouw Kagerstraat 5.

=> Dan is 6-1A2: Dan is het dus huisnummer 6, 1e gebouw, begaande grond (A), kamer 2.
(Lees meer...)
3 jaar geleden
SimonV
3 jaar geleden
+ Mooie analyse.

Weet jij het beter..?

Het is niet mogelijk om je eigen vraag te beantwoorden Je mag slechts 1 keer antwoord geven op een vraag Je hebt vandaag al antwoorden gegeven. Morgen mag je opnieuw maximaal antwoorden geven.

0 / 2500
Gekozen afbeelding