Ter antwoord van je hoofdvraag:
Er zitten twee kanten aan de hokjesmentaliteit.
1. Individuen die graag bij een groep willen horen en zichzelf dan in zo'n hokje plaatsen. Dit begint op de lagere school en wordt in de puber tijd het heftigste. Als mensen ouder worden neemt de behoefte om je identiteit te ontlenen aan een groep af. Mensen creëren hun eigen groep met vrienden en/of gezin.
2. Personen die graag dingen in een hokje stoppen. Ontstaat meestal wegens de behoefte aan een versimpelde weergave van de werkelijkheid (soms in model vorm). De versimpeling kan slaan op personen, , leeftijden, sexe, ras maar ook op bedrijven, steden, of landen slaan.
Ter beantwoording van je deelvragen:
Het is heel moeilijk om je als onbevooroordeeld mens op te stellen. Vandaar dat dit een belangrijk taak is van de wetenschap. Men wil zich daarin als een tabula rasa (=ongeschreven blad) opstellen en puur door wetenschappelijke methode en peer review (=controle door andere wetenschappers) een zuiver beeld van de werkelijkheid verkrijgen. Voor gewone mensen is dat erg lastig, je dichts bijzijnde omgeving en persoonlijk ervaringen bepalen sterk je beeld van de werkelijkheid. Hoe vaak doe je nou eenmaal zelf onderzoek om meer informatie te verkrijgen?
Daarnaast kan het erg confronterend zijn om dat eigen beeld los te laten en is het voordeel om het los te laten daarbij niet gelijk duidelijk.
Of mensen het zullen toegeven heeft te maken met zelfkritisch vermogen. Dit kan iemand hebben ontwikkeld door studie, werk of levenservaring. Ik schat dat meer dan 50% van de mensen zullen toegeven bevooroordeeld te zijn. Maar ja dat is een hypothese :)