is het koken van een ei natuurkundig of scheikundig?

Alles wat er op aarde gebeurd is natuurkundig. Scheikundig wordt het pas als je er een formule aan gaat koppelen.

Scheikundig:Het draait allemaal om eiwitten. Een ei bestaat voor negentig procent uit water en voor tien procent uit eiwitten. Eiwitten zijn lange ketens aminozuren die in een ei zijn opgerold en opgevouwen tot een ingewikkelde brei.

Zwakke bindingen tussen aminozuren her en der in het opgerolde eiwit houden de structuur in stand. De warmte die je toevoegt als je een ei kookt of bakt, zal deze bindingen breken. Het gevolg: de eiwitketens rollen open.

In de chemie heet dit denaturatie. De nu ontstane lange ketens eiwitten binden aan elkaar via aminozuren uit verschillende eiwitten. Het water wordt tussen de eiwitten vandaan geduwd, waardoor de eiwitbrei hard wordt.

Daarvoor moet je eerst het verschil weten tussen natuur- en scheikunde.

Bij natuurkunde veranderen stoffen zich niet in een proces. Elke stof bestaat uit moleculen en die kunnen tijdens een proces zich wel verplaatsen, maar zelf veranderen ze niet.

Scheikunde houdt zich bezig met veranderingen waarbij nieuwe stoffen ontstaan, dus in feite ontstaan er dan nieuwe moleculen.

Wanneer je water kookt, is dit een natuurkundig proces. De watermoleculen bewegen door de warmte zo snel dat ze van elkaar loskomen tijdens het verdampen. De moleculen zelf veranderen echter niet. Zelfs suiker oplossen in heet water is een natuurkundig proces. De suikermoleculen laten elkaar los en gaan in de intermoleculaire ruimtes in het water zitten. De suikermoleculen blijven echter suikermoleculen.
Wanneer je eiwit tot stevig schuim opklopt, is dit ook puur natuurkundig. Tussen de eiwitmoleculen gaat alleen lucht zitten maar eiwit zelf blijft gewoon eiwit en lucht blijft lucht. Als je dit schuim een poos laat staan verandert het gewoon weer in vloeibaar eiwit als de lucht eruit is.

Bij een eitje koken verandert echter de hele structuur van het ei. Het vloeibare ei wordt namelijk een vaste stof. Een vaste stof is weer een andere stof dan een vloeibare-. Een gekookt ei zal dan niet meer in het oorspronkelijk vloeibare ei kunnen veranderen, omdat de moleculen ook zijn veranderd. Hierdoor is een eitje koken een scheikundig proces geworden.