Langs een perron in een wat groter station zullen vaak aan twee kanten sporen liggen. Het is daarom beter om de informatie over vertrekkende treinen te geven aan de hand van het spoornummer. Ook de bewegwijzering op de stations is daarop ingericht.
Je loopt in veel gevallen inderdaad wel naar een bepaald perron (een bepaalde stoep), bijvoorbeeld voor spoor 2 en 3 moet je vanaf het stationsgebouw of de ingang in beide gevallen door een tunnel en dan de trap op. Dus de looproute is tot bovenaan die trap dezelfde. Maar dan zou je de reiziger moeten belasten met twéé getallen die hij moet onthouden, terwijl het verband tussen die twee op elk station weer anders kan zijn. Je moet uiteindelijk namelijk maar bij één stoeprand klaarstaan.
Overigens zijn sporen (en eventueel ook perrons) normaal gesproken genummerd vanaf de zijde waar het staionsgebouw cq de hoofdingang van het station is.
Toegevoegd na 29 minuten:
Op een landelijk stationnetje kan het vaak zo zijn dat elke richting zijn eigen spoor heeft, met een eigen stoep. En dan loop je dus naar die stoep en sta je vanzelf meteen bij het goede spoor. Het nadrukkelijk gebruik van het woord “spoor” lijkt daar wellicht wat overbodig, maar een eenvormig aanduidingssysteem heeft toch grote voordelen.
Door in principe overal vanaf het stationsgebouw te nummeren, kan een station in de toekomst breder gemaakt worden (met extra perrons en perronsporen) zonder dat de nummering helemaal opnieuw gedaan moet worden. De nummering wordt niet alleen voor de reizigers gebruikt, voor de spooraanduiding in het seinhuis of de verkeersleidingpost is een logische nummering ook belangrijk.
Op het ondergrondse station Schiphol is de opeenvolging van de vele treinen zodanig krap, dat men daar de sporen 1 en 2 (in de richting van Amsterdam Centraal of Amsterdam Zuid) pas op het allerlaatste moment toewijst. Er komt een trein aan en afhankelijk van de actuele spoorbezetting mag die langs de ene of de andere stoeprand stoppen. Het zou dan eigenlijk weer logisch zijn om de mensen gewoon naar het eerste perron te dirigeren. Maar de NS houdt hier vast aan het gebruik van de spoornummering, en de informatiepanelen geven tot kort voor het aankomen van uw trein aan dat deze op “spoor 1 of 2” binnen zal komen, en pas op het laatste moment wordt aangegeven en eventueel omgeroepen welk van de twee het wordt.
Hetzelfde systeem wordt toegepast op de sporen 5 en 6 in de richting van Hoofddorp en Leiden (dus langs weerszijden van de “derde stoep”).