Dit zijn vrijwel altijd individuele gevallen, waarbij het vermoeden bestaat dat de airbag heeft bijgedragen aan het ontstaan van het (soms fatale) letsel. Het gaat vaak om letsel als gevolg van airbag-eigenschappen (zoals het gebruikte vulgas, het oppervlaktemateriaal en de snelheid van ontplooiing).
Airbags zijn afgestemd op een (volwassen) inzittende die normaal op zijn stoel zit, met de rug tegen de rugleuning. Bij een afwijkende zitpositie, vooral wanneer men te ver naar voren zit, is de kans op negatieve werking van de airbag duidelijk aanwezig. Dat komt doordat een airbag met zeer grote snelheid ontplooit en tijdens deze korte tijdsfase een zeer grote kracht kan uitoefenen als hij wordt tegengehouden.
Andere negatieve berichten over de airbag betreffen mogelijk gevaar voor rokende inzittenden (wat doet de airbag met een sigaret, sigaar of pijp?) en mogelijke effecten op de gehoororganen van inzittenden (doofheid als gevolg van de ontplooiing, die als een ontploffing zou worden ervaren).
Dit soort effecten is al bekend zo lang als er aan de airbag wordt gewerkt, en de industrie heeft inmiddels kans gezien om ervoor te zorgen dat het risico voor de gehoororganen minimaal is.
Blijft wel degelijk het probleem van de rokende inzittende. Er zijn gevallen bekend van brandwonden bij rokende inzittenden die bij een botsing door een airbag werden opgevangen. Een sigaret of sigaar wordt dan als het ware tegen het gelaat geduwd.
Ook zijn er problemen ten aanzien van kinderzitjes.
Zie bron voor het volledige artikel.
- Bronnen:
-
http://www.swov.nl/nl/research/swovschrift...