Bijsluiters worden machinaal gevouwen en machinaal in doosjes gedaan. Dat vouwen moet vooral snel gaan, en het moet zo gebeuren dat de kans op storingen in de machines (vastlopers, de bekende "paper jam" van de printer) zo klein mogelijk is.
Daarnaast is vereist dat de bijsluiter zodanig in het doosje zit, dat de consument hem automatisch tegenkomt.
Als voorbeeld neem ik een doosje Panadol. De meest logische plek om dat open te maken, is aan de bovenkant. Een doosje bevat twee doordrukstrips. De bijsluiter is zodanig om die doordrukstrips heengevouwen, dat je die bijsluiter wel moet verwijderen om bij de doordrukstrippen te komen.
Om die reden maak ik mijn doosje panadol altijd aan de onderkant open. Dan kan ik er direct een doordrukstrip uittrekken, en kan ik die bijsluiter lekker in het doosje laten zitten.