Waarom verandert het bezittelijk voornaamwoord 'zijn' in 'hem' terwijl 'haar' gewoon 'haar' blijft?
Ik snap wel dat 'hem' niet goed klinkt, maar als je het logisch bekijkt dan zou je 'hem' moeten gebruiken in plaats van 'zijn'.
Voorbeeld:
Zij heeft een auto >>>Het is van 'haar' >>> het is 'haar' auto
Hij heeft een auto >>>Het is van 'hem' >>> het is 'zijn' auto (hier zou je dus ook 'hem' verwachten net als bij 'haar')
Zie ook hier bij de andere persoonlijke voornaamwoorden dat er min of meer enige consistentie en logica in zit:
Ik heb een auto>>>Het is van 'mij' >>> het is 'mijn' auto
Jij hebt een auto >>>Het is van 'jou' >>> het is 'jouw' auto
Kleine aanpassing. Juiste vraag moet zijn:
Waarom verandert het bezittelijk voornaamwoord 'hem' in 'zijn' terwijl 'haar' gewoon 'haar' blijft?
+jij-jou-jouw
+hij-hem-zijn dus waarom
+zij-haar-haar
dan logisch? "Zie ook hier bij de andere persoonlijke voornaamwoorden dat er min of meer enige consistentie en logica in zit:" Die logica ontbreekt in mijn ogen eerder bij "zij haar haar"dat had dan toch iets moeten zijn als:
"zij-(zijj/zijw/zem/haa/haaw)*-haar".
"zij-zem-haar"
zou het meest overeenkomen met
"hij hem zijn"
Heb je meer informatie nodig om de vraag te beantwoorden? Reageer dan hier.
