Hét vraag- en antwoordplatform van Nederland

Hoe ontleed je de zin: 'Ik ga op jacht'?

We breken hier met een aantal mensen ons hoofd over. Hoe ontleed je deze zin en vooral: wat is het deel 'op jacht'?

Verwijderde gebruiker
7 jaar geleden
in: Taal
1.6K

Heb je meer informatie nodig om de vraag te beantwoorden? Reageer dan hier.

Het beste antwoord

Ga = persoonsvorm
Ik = onderwerp
Op jacht = voorzetselvoorwerp.
"Op jacht gaan" is een uitdrukking met het vaste voorzetsel "op".

Toegevoegd na 2 minuten:
"Een voorzetselvoorwerp begint altijd met een vast voorzetsel.

Een voorzetselvoorwerp komt voor bij werkwoorden met een vast voorzetsel.

Het voorzetsel verbindt het voorzetselvoorwerp met het gezegde.

Enkele voorbeelden:

    Ik twijfel aan deze methode. (twijfelen aan)
    Ik ben niet tevreden met deze computer. (tevreden zijn met)
    Ik luister niet graag naar hem. (luisteren naar)
    Ik waarschuwde haar voor de gevolgen. (waarschuwen voor)
    Ik verlang al maanden naar de skivakantie. (verlangen naar)

De onderstreepte zinsdelen zijn voorzetselvoorwerpen."

Toegevoegd na 9 minuten:
Ik zie (dank aan de reactie) dat de onderstrepingen niet meekomen. De geciteerde tekst is geheel afkomstig uit de eerste bron en daar zijn ze uiteraard te zien.

Toegevoegd na 12 minuten:
Uit de tweede bron, dus. Het zit niet mee om 23:47 uur :-)
(Lees meer...)
Computoon
7 jaar geleden
Amadea
7 jaar geleden
Er kunnen geen onderstreepte zinsdelen gezien worden op Goeie Vraag....

Andere antwoorden (1)

Ik weet het niet zeker maar ik denk dat 'op jacht' een voorzetsel voorwerp is. Het is geen vaste ww-uitdrukking (want niet figuurlijk) en ook geen bijwoordelijke bepaling (want je bent niet letterlijk op de jacht). Op is een vast voorzetsel bij gaan als het over jacht gaat.
Zou dit een mogelijkheid zijn?
(Lees meer...)
Verwijderde gebruiker
7 jaar geleden
WimNobel
7 jaar geleden
Hoezo niet letterlijk? Uit niets blijkt dat het in de voorbeeldzin niet zou gaan om een jager die zijn geweer pakt om enkele stuks wild neer te schieten.
Computoon
7 jaar geleden
Het verschil tussen "figuurlijk" en "letterlijk" wordt op sommige sites gebruikt om het verschil uit te leggen tussen een voorzetselvoorwerp en een bijwoordelijke bepaling, als dezelfde woorden worden gebruikt. Waarschijnlijk is de volgende, wat ingewikkeldere uitleg van Onze Taal, toch beter: "Het verschil tussen het voorzetselvoorwerp en de bijwoordelijke bepaling zit vooral in de band met het werkwoord: het voorzetselvoorwerp heeft een nauwe band met het werkwoord en de bijwoordelijke bepaling een lossere band.  Vergelijk 'Hij staat stil bij het stoplicht' (bijwoordelijke bepaling van plaats) en 'Op 4 mei staan we stil bij alle oorlogsslachtoffers' (voorzetselvoorwerp).  In de eerste zin staat bij het stoplicht enigszins op zichzelf en is bij in principe te vervangen door bijvoorbeeld achter en naast. In de tweede zin hoort bij alle oorlogsslachtoffers duidelijk bij het werkwoord.  Nog een voorbeeld: 'We hadden veel plezier in het pretpark' (in het pretpark is een bijwoordelijke bepaling; de zin is bijvoorbeeld ook juist met buiten het pretpark) en 'We hebben veel plezier in ons werk' (in ons werk is een voorzetselvoorwerp; je kunt nu geen ander voorzetsel kiezen; plezier hebben in is nu een vaste combinatie)." 

Weet jij het beter..?

Het is niet mogelijk om je eigen vraag te beantwoorden Je mag slechts 1 keer antwoord geven op een vraag Je hebt vandaag al antwoorden gegeven. Morgen mag je opnieuw maximaal antwoorden geven.

0 / 2500
Gekozen afbeelding