Hét vraag- en antwoordplatform van Nederland

Waarom is het in het voltooid deelwoord: verwachtte, maar niet neergestortte maar neergestorte?

Waarom is dit zo want als je het volgens '' het schema '' doet is het:
Stam= verwacht
Verleden tijd= +t
dus verwachtte
En:
Stam= stort
Verleden tijd= +t
dus neergestortte
Ik weet dat het fout is, maar waar zit de fout=

Verwijderde gebruiker
11 jaar geleden
in: Taal
18K

Heb je meer informatie nodig om de vraag te beantwoorden? Reageer dan hier.

Antwoorden (3)

De denkfout zit hem in het feit dat neergestorte geen werkwoordsvorm is, maar een bijvoeglijk naamwoord ; het neergestorte vliegtuig. Zo komt er ook geen dubbele t in de verwachte brief.

Maar : zij verwachtte een brief van hem.
Het vliegtuig stortte neer.

Dan is het dus WEL stam + t / te, waarbij de stam resp. verwacht en stort (neer) is.
Voor het maken van een bijvoeglijk naamwoord van een voltooid deelwoord is het alleen stam + eventueel en e.

Een neergestort vliegtuig. Een onverwacht meevallertje.
Het neergestorte vliegtuig. Het onverwachte meevallertje.

(Opnieuw geplaatst wegens de vele tikfouten ;)
(Lees meer...)
Verwijderde gebruiker
11 jaar geleden
Ivana
11 jaar geleden
Prima uitleg Marleen. +
Verwijderde gebruiker
11 jaar geleden
Omdat dat een zogenaamd sterk werkwoord is, dat zich niet houdt aan de regeltjes die alleen gelden voor zwakke werkwoorden. Moesten is vergelijkbaar met liepen, deden en gingen (niet Moetten, loopten, doeten en gaanten)
En niet met werkten, rookten, maakten en sportten.
Verwijderde gebruiker
11 jaar geleden
(Dit is wel heel erg basisschool groep 6 hoor ; weet je zeker dan je oud genoeg voor GV = minimaal 16 bent ? Of ben je niet-Nederlandstalig opgevoed wellicht ? )
Verwijderde gebruiker
11 jaar geleden
Mijn dyslectische zoon kan dit met 16 waarschijnlijk ook nog niet Marleen...
Verwijderde gebruiker
11 jaar geleden
Maar dat is een heel ander verhaal, Pelle. Uit zijn vraag blijkt nergens iets van dyslexie, en hij noemt het ook niet - hoewel mensen daar nogal gretig mee zijn. Het kan hoor, tuurlijk, en taal is niet ieders sterkste punt. Ik vroeg het me alleen af, omdat we hier wel vaker basisschoolkinderen zien met vragen.
Verwijderde gebruiker
11 jaar geleden
Er zijn ook gewoon mensen die moeite hebben met taal maar blijkbaar heb jij daar als zeer talig persoon moeite mee? Net zo goed als er mensen zijn die moeite hebben met rekenen. Daarvoor hoef je echt niet in groep 6 te zitten. En ik snap die hetze niet zo tegen mensen die te jong zouden zijn: meld het aan de mods en geef gewoon antwoord of geef geen antwoord.
Verwijderde gebruiker
11 jaar geleden
Hetze ? Dat zijn toch gewoon de regels ?? Maar als ik het niet weet, ga ik ook niet zomaar mensen melden.
Ga even iemand anders stalken, als ik je blijkbaar zo tegen de haren instrijk ;)
Verwijderde gebruiker
11 jaar geleden
Heel goed jordy! Jij weet in ieder geval waar je de antwoorden moet halen als je ergens vastloopt!
Verwijderde gebruiker
11 jaar geleden
Verder reageerde ik gewoon op het feit dat niet iedere basisschoolleerling dit makkelijk weet. Jij ging al voorbij aan het feit dat de vraagsteller het helemaal niet over een voltooid deelwoord heeft.
Verwijderde gebruiker
11 jaar geleden
Prima hoor, Jordy ; dan zit er gewoon ook alweer hele lange tijd tussen dat je de 'regeltjes' voor het laatst hebt moeten leren. Ik moet soms ook flink graven. En zoals ik al zei, voor Pelle me begon aan te vallen, (maar die is ergens anders boos over denk ik) het had gekund dat je jong of niet-Nederlands was. (Het eerste is tegen de regels, het tweede natuurlijk niet). Hopelijk is het antwoord zo in elk geval duidelijk.
Je haalt verleden tijd en voltooid deelwoord door elkaar: Een voltooid deelwoord begint vaak met be-, ge-, ver- of ont-. Een voltooid deelwoord eindigt op: en d t
Als je niet weet of het voltooid deelwoord op een t of een d eindigt dan kun je het langer maken (in de verleden tijd).

Jij hebt het over verleden tijd. Het is verwachten, de verleden tijd is verwachtte. De verleden tijd van neerstorten is 'ik stortte neer'.

Kijk naar alle vervoegingen van beide werkwoorden in de bron.
(Lees meer...)
Verwijderde gebruiker
11 jaar geleden
Je haalt twee dingen door elkaar.
Een voltooid deelwoord kan nooit eindigen op een e.
Het voltooid deelwoord maakt deel uit van het werkwoordelijk gezegde.

Zie de volgende zinnen:
- Ik had die vraag verwacht.
- Het vliegtuig is neergestort.
In die zinnen zijn 'verwacht' en 'neergestort' het voltooid deelwoord.

Wat jij bedoelt (denk ik) is het bijvoeglijk gebruikt voltooid deelwoord. Anders gezegd: het voltooid deelwoord dat wordt gebruikt voor een zelfstandig naamwoord.
- De verwachte vraag
- Het neergestorte vliegtuig

Een bijvoeglijk gebruikt voltooid deelwoord maak je heel gemakkelijk door aan het voltooid deelwoord een e te plakken.
- verwacht+ e
- neergestort+e

Toch worden hier veel fouten mee gemaakt. Je ziet vaak dingen als 'het neergestortte vliegtuig' of 'de verwachtte vraag'. Mensen die dit schrijven denken aan de verleden tijd:
- Ik verwachtte die vraag
- Het vliegtuig stortte neer
maar dat is dus niet de goeie manier.
(Lees meer...)
Verwijderde gebruiker
11 jaar geleden

Weet jij het beter..?

Het is niet mogelijk om je eigen vraag te beantwoorden Je mag slechts 1 keer antwoord geven op een vraag Je hebt vandaag al antwoorden gegeven. Morgen mag je opnieuw maximaal antwoorden geven.

0 / 2500
Gekozen afbeelding