GOGH, Vincent Willem van (1853-1890)
GOGH, Vincent Willem van, schilder (Zundert 30-3-1853 - Auvers-sur-Oise (Frankrijk) 29-7-1890). Zoon van Theodorus van Gogh, Nederlands-hervormd predikant, en Anna Cornelia Carbentus.
Vincent van Goghs jeugd was onbekommerd. Hij had zorgzame ouders, twee broers en drie zusters, en de familieband was even hecht als de landelijke omgeving idyllisch. Hij verliet dit jeugdparadijs - het Brabantse Zundert - op elfjarige leeftijd en werd geplaatst op een kostschool in het nabijgelegen Zevenbergen. In 1866 bezocht Vincent de HBS in Tilburg en drie jaar later stuurde zijn vader hem de wereld in, waarna de zestienjarige behept was met een permanent heimwee naar het platteland. Als jongste bediende kwam hij in dienst van de Haagse vestiging van de Franse kunsthandel Goupil & Cie., de oude medefirmant van zijn oom Vincent, een succesvol kunsthandelaar in ruste. Zijn jongere broer Theo, zijn latere steun en toeverlaat, zou in 1873 eveneens voor deze firma gaan werken.
In 1873 werd Van Gogh naar het filiaal in Londen overgeplaatst, waar hij L'amour van Jules Michelet las vanwege zijn ongelukkige, niet uitgesproken verliefdheid voor een getrouwde vrouw uit zijn naaste familie. Hij vond de verlichte, humanistische opvattingen over religie en geschiedenis van deze historicus 'eene revelatie [...] & een evangelie meteen' (27). Twee jaar later stuurde de firma hem naar Parijs, waar hij beïnvloed werd door La vie de Jésus van de Franse godsdiensthistoricus en filosoof Ernest Renan. Van Gogh raakte nu in de ban van de godsdienst, deed zijn verlichte boeken van de hand, waaronder die van Michelet, en werd 'suf van vroomheid', zoals zijn zus Elisabeth schreef (Hulsker, Lotgenoten, 53). Voor de kunsthandel verloor hij zijn interesse, en begin 1876 werd hij ontslagen.
Van Gogh nam vervolgens bij gebrek aan beter in het zuiden van Engeland een onbetaalde baan als hulponderwijzer aan. Wegens slechte vooruitzichten keerde hij eind 1876 naar Nederland terug. Hij wilde nu in het voetspoor van zijn vader treden en predikant worden, maar bezat niet de juiste vooropleiding om tot de universiteit te worden toegelaten. Hoewel zijn fanatisme en ongewone gedrag met enig wantrouwen werden bekeken, boden zijn ouders hun inmiddels 23-jarige zoon hulp aan. Hij mocht in Amsterdam privé-lessen gaan volgen om de benodigde toelatingspapieren te behalen.
- Bronnen:
-
gogh