Dromen zijn deuren tussen het bewuste en onderbewuste deel van de geest. In het onderbewuste zitten onderdrukte emoties, meestal van toen je nog erg jong was (± 0-5) In een droom dringt zo’n ‘vergeten’ boosheid/angst/verdriet zich aan het bewuste op in symbolische beelden.
Een gooi: iets waarvan je dacht dat het al lang afgedaan was, blijkt je toch nog dwars te zitten, zonder dat je het weet (dood > levend). Het gaat om iets eigens, iets van jezelf (baby) Het is iets waarvan je onbewust bang bent, omdat het gevaarlijk/fout/slecht kan zijn voor je als je de verdrongen emotie toch nog zou toelaten en voelen (rooddoorlopen ogen, zwarte huid) dus wil je het eigenlijk liever niet weten (deken erover).
Maar je onderbewustzijn duwt het je toch onder de neus en je herinnert je de droom – dus beide delen vinden dat je het best wel eens mag gaan verwerken. Dromen over dingen die écht nog te bedreigend zijn, herinner je je niet.
Voorbeeld: als 3-jarige ontdek je hoe lekker chocola is en je eet je klem in een reep die je in een keukenkastje vindt. Je bent blij, verwonderd over hoe lekker iets kan smaken en trots op jezelf, maar je vader of moeder reageert heftig boos, beschuldigend en afwijzend. Je bent meteen bang dat je ouders je afwijzen, verdrietig over de ‘fout’ die je gemaakt hebt en gekrenkt in je eigenwaarde. Zo’n soort ‘klap in het gezicht’ is voor een driejarige niet te behappen, dus die wordt zo snel mogelijk ontkend, onderdrukt.
Als je een paar jaar ouder bent praat je wel met je ouders over gezond eten, over de gevaren van junkfood, en je besluit om daar wijs mee om te gaan. Bewust: geen probleem, maar dat akelige moment van vroeger zit er nog steeds. En dan droom je zoiets als jij. Bewust afgedaan, maar emotioneel niet opgelost, komt tot leven, kan gevaarlijk zijn, dus maar beter verborgen houden.
Het is maar een voorbeeld. Zo klein kan het zijn, maar natuurlijk ook groter.