Door de kou ontstaat er, doordat het vlees of andere product warmer is dan de vriezer, condens op en in het zakje en in het vlees ontstaan. En daardoor weer ijskristallen op en in het zakje en ook in het vlees.
Bij het ontdooien zullen de ijskristallen weer worden omgezet in vocht waardoor er lekvocht dan wel dooivocht zal ontstaan.
Het condens en daardoor ontstaan van ijskristallen op de buitenkant van het zakje is verantwoordelijk voor naar schatting 80% van het vocht dat je ziet op het bordje of in de kom waarin je het vlees ontdooide.
Een plastic zakje heeft poriën. Het is niet uitgesloten dat er door deze poriën wat van het vleessap, hetgeen eveneens grotendeels dooivocht is, uit het zakje kan lekken.
Dit is GEEN celvocht, zoals een andere beantwoorder suggereerde. De kans dat ijskristallen, die ontstaan door het bevriezende vocht in de cellen, in de cellen van het vlees de cellen van het vlees kapotmaken is nihil tot geheel uitgesloten. Daarvoor is de maximale vriestemperatuur (max. 18 tot 24 graden beneden het vriespunt) te hoog.
Cellen zullen normaliter niet zo snel kapot gaan omdat de celwand volledig permeabel is. Ofwel doordringbaar. Vocht kan er dus eenvoudig in en uit.
Het kapotgaan van de cellen zal alleen plaatsvinden bij hele lage temperaturen (denk aan meer dan -100 graden Celsius en meer) en dan alleen al het vriesproces te langzaam zou verlopen. Daarom gebruikt men ook stikstof om kwetsbare zaken, zoals eicellen en dergelijke, in te vriezen. Dit is namelijk één van de snelste methoden om iets in te vriezen op zeer lage temperaturen. Hierdoor zullen de cellen 'verglazen' en ontstaan er geen ijskristallen in de cellen.
Het is wel zaak om andere producten in en buiten de koelkast te beschermen tegen dit dooivocht aangezien het bacteriën kan bevatten die uw andere producten kan besmetten. Een hele goede hygiëne is daarom van belang.