Als je andere hond een stabiele hond was, kan het zijn dat de overgebleven hond in een soort vacuum is terechtgekomen. Hij mist de leiding van de andere hond en is daardoor onzeker.
Honden kennen in angst maar drie uitwegen. Ze vluchten, verstarren of vallen aan. Als een onzekere (dominante?) hond in een enge ruimte zit (huiskamer) en vreemde mensen komen op hem af, dan zijn er slechts twee mogelijkheden over: verstarren of aanvallen. Ditzelfde gebeurt als je hem buiten aangelijnd hebt. Hij kan geen kant op en de dreiging is in zijn ogen zo groot, dat aanvallen de enige mogelijkheid is.
Dit valt alleen te ondervangen door mensen te veranderen, zodat de dreiging wegvalt. Mensen spreken vaak geen hondentaal en als ze zeggen dat ze dol op honden zijn en zich dan op je hond "storten", gebruiken ze mensentaal die door de hond niet begrepen wordt.
Het karakter van jouw hond, gekoppeld aan zijn ervaringen, zal er wel bij varen als iedereen die vreemd is hem negeert. Niet naar kijken, niet mee praten en zeker niet aanraken. Dan zal de hond zich ontspannen en na verloop van tijd uit zichzelf komen "neuzen".
De neus is het belangrijkste orgaan dat een hond heeft om de boel te inspecteren. Pas als hij helemaal ontspannen is zou de vreemdeling de hond mogen aanraken, maar nooit op de kop of de rug, wat aangevoeld wordt als overheersing.
Je kan zeggen: deze agressie mag je nooit tolereren. Daar heeft de hond weinig aan als jijzelf niet de voorwaarden schept waarbinnen de hond zich veilig kan voelen.
Vanaf nu ga je de hond niet meer blootstellen aan mensen die op hem afkomen en die hij niet kent.. Je vraagt iedereen je hond volkomen links te laten liggen, te doen alsof hij niet bestaat.
Als het om binnen gaat, leer je de hond op zijn plaats te liggen en te blijven als er mensen komen die hij niet kent. De vreemden mogen zich niet met hem bemoeien in geen enkel opzicht.
Dan zal langzamerhand de rust en het vertrouwen terugkeren en zal de hond zijn zekerheid terugkrijgen. Wees daarnaast een echte leider. Stel hem niet voor vreemde beslissingen, maar geef vastigheid, zodat zijn vertrouwen toeneemt. Dwing hem niet in een leidersrol die hij niet aankan. Dit komt alleen goed als je hem volkomen "hond" laat zijn.