Koeltorens

Dat heeft met de techniek te maken. Het af te koelen koelwater stroomt aan de binnenzijde van de toren omlaag en kan daarbij warmte met de omgevingslucht uitwisselen volgens het tegenstroomprincipe of het crossflowprincipe.

Het type koeltoren dat nabij elektriciteitscentrales staat opgesteld is vaak opvallend groot en de kenmerkende vorm is die van een omwentelingshyperboloïde. Deze zelfdragende vorm wordt voornamelijk gebruikt voor een betere stabiliteit van de toren, eenzelfde toren met een cilindervorm zou immers veel minder stabiel zijn. Dit type koeltoren is ontwikkeld door ingenieur F.K.Th. van Iterson van de Nederlandse Staatsmijnen. De eerste koeltoren van dit type werd in 1918 in gebruik genomen bij de Staatsmijn Emma.

Toegevoegd na 5 minuten:
Daarnaast heeft het m.i. ook te maken met de efficiëntie van de warmteuitwisseling. Zie ook bijgaande foto van de koeltoren (volgens mij van Kalkar) en bijgaande video over de waterstromen.

Volgens mij heeft dat iets te zien met het venturi-effect, aangezien er warmte in die torens is, stijgt die warmte en door de vorm treed er venturi-effect op, waardoor het sneller en efficiënter kan koelen.
Dat zelfde effect heeft trouwens ook toepassingen in carburatoren, straalmotoren enz...