kan ons zonnestelsel geraakt worden door schokgolven uit de ruimte..??

Van een schokgolf spreek je als een verschijnsel zich sneller verplaatst dan de golfsnelheid van het medium. Bij een explosief in lucht is dan dus de snelheid van de geexplodeerde stof hoger dan de geluidssnelheid.Omdat de geluidssnelheid niet in staat is de energie van de golf te verspreiden over het medium stijgen in het gebied van de schokgolf de druk en de temperatuur tot enorme waarden. Dit is verantwoordelijk voor de vernietigende kracht, vandaar de vernietigende werking van explosieven die schokgolven kunnen creeren zoals dynamiet en C4. Bij een kruitexplosie worden deze snelheden over het algemeen niet gehaald en is de schade veel minder. Daarom kan een kogel met kruit worden afgeschoten zonder dat het geweer en de kogel meteen worden verbrijzeld.

De schokgolven in de de interstellaire ruimte zijn wat complexer omdat zoals je al schreef de ruimte bijna leeg is. Daardoor komt het eigenlijk nooit voor dat deeltjes elkaar "raken" (stikt genomen als twee moleculen elkaar zo dicht naderen dat ze door electrische afstoting lijken te botsen).
Bij dit soort verschijnselen is de plasmafysica van belang en de invloed van de elektromagnetische velden van de ene groep deeltjes (de snelle deeltjes van de supernova explosie) en de andere groep deeltjes( het interstellaire gas, of de resten van de moederster die zich nog om de supernova heen bevonden). Ook electromagnetische straling zoals licht, rontgenstraling en gammastraling kan maar zeer beperkt doordringen in een plasma.

Deze schokgolven zouden ons zonnestelsel kunnen bereiken, maar als de supernovaexplosie dichtbij genoeg is zullen we van tevoren al een stevige dosis straling hebben ontvangen van deze supernova. Schokgolven verliezen ook vrij snel energie, zodat het niet iets is waar we ons druk over hoeven te maken. Tegelijkertijd komen er continu nog steeds deeltjes aan op Aarde die deel uitmaken of uitmaakten van dit soort schokgolven, de zogenaamde kosmische straling. Deze deeltjes hebben nog steeds snelheden die dicht bij de lichtsnelheid liggen en soms komen ze zelfs van andere melkwegstelsels.