Wat je ook doet je zult er een klant voor moeten hebben en die kunnen er ook wel wat van.
Ga de bergen op, bouw een hut, kweek wat aardappelen, wat tarwe, wat peren, wat tomaten, wat pepertjes, wat bonen, wat appels, wat druiven, meloenen, watermeloenen.. Koop een koe, wat kippen, één haan, een vrouw..
Bouw een molen, maal tarwe, wek energie, kus vrouw..
Kus vrouw, kus vrouw, kus vrouw, kus vrouw, maak brood, kus vrouw, kus vrouw, kus vrouw..
Vrouw verveelt, geeft commentaar, jij verveelt, uit op vrouw..
Vrouw weg, koe dood, kippen dood, haan dood, fruit dood, meloenen dood, geen brood, geen leven..
Gemeente komt, breekt hut, mag niet, hun grond, hun berg..
Sluiten je op, één kamer, twee mannen, één groen, één bloot..
Geen commentaar, van jou, niet meer, nooit meer..