"Afstand doen van je ambt' kun je alleen maar als je nog leeft...
In het kerkelijk wetboek (de Codex Iuris Canonici) zijn met name twee artikelen opgenomen die ingaan op het afstand doen van het pauselijk ambt. Dit is canon 332, lid 2 en canon 335.
Canon 332, lid 2 luidt:
"Als het voorkomt dat de Paus afstand doet van zijn ambt, is voor de geldigheid vereist dat de afstand vrij geschiedt en op de juiste wijze kenbaar gemaakt wordt, niet echter dat deze door wie ook aanvaard wordt."
Een paus kan bijvoorbeeld een brief schrijven, waarin hij aangeeft dat indien hij wilsonbekwaam wordt, door wat dan ook, hij zijn zetel beschikbaar stelt.
Canon 335 luidt:
"Wanneer de zetel van Rome vacant is of geheel en al verhinderd, mag in het bestuur van de Kerk als geheel niets veranderd worden: dan dienen de bijzondere wetten die voor deze omstandigheden uitgevaardigd te zijn, in acht genomen te worden. "
Hier is een probleem. Voor een situatie wanneer de zetel van Rome "geheel en al verhinderd" is zijn nooit speciale wetten afgekondigd.
Er is maar één paus die - vrijwillig - zijn ambt neerlegde. Dat was Celestinus V, een monnik die in 1294 na een rumoerig conclaaf in Napels verkozen werd, maar zes maanden het voor gezien hield. De bejaarde Celestinus kon niet aarden op de pauselijke troon, nadat hij jarenlang als kluizenaar in de Abruzzen had geleefd.
- Bronnen:
-
http://www.katholiek.nl/asp/default.asp?t=...