Je oren zijn uit zichzelf open.
Grappig gezegd.
Met die oren kun je dus vanalles horen.
Horen en luisteren zijn niet hetzelfde. Horen heeft te maken met de geluiden die het oor binnenkomen; luisteren heeft te maken met wat je met
die geluiden doet. Om te kunnen luisteren, moet je kunnen horen. Als je luistert, maak je een keus uit dat wat je hoort: je laat het tot je doordringen.
Luisteren kun je zelf beïnvloeden, maar luisteren moet je wél leren en je kunt het oefenen.
Als je luistert, richt je de aandacht op een bepaald geluid.
In tegenstelling tot horen, is luisteren dus een aktiviteit.
Luisteren gaat niet alleen over horen, maar je gebruikt tijdens het luisteren meer zintuigen. Alle waarnemingen kleuren je manier van luisteren. Om beter te kunnen luisteren, probeer je beter waar te nemen.
Er zijn zelfs cursussen voor.
http://www.leren.nl/cursus/sociale-vaardigheden/luisteren/
Goed luisteren =
Waarnemen / Interpreteren / Evalueren / Reageren
Dat is nogal wat en daarom is het voor veel
mensen best moeilijk.