Waar komt het gezegde "ergens geen sikkepit van geloven "vandaan?

De herkomst is onzeker. Het tweede deel van het woord sikkepit kan in verband gebracht worden met het pitje dat een kleine munt van geringe waarde in Nederlands-Indië was. De oorsprong daarvan is het Javaanse pitjis.

Voor het eerste deel ervan wees een etymoloog in 1967 op de sikka rupie, de naam van een oude Bengaalse munt die in grote delen van Bengalen en Noord-India in gebruik was. Maar het is onlogisch dat een Nederlandse uitdrukking gebaseerd zou zijn op twee muntjes die geografisch zo ver van elkaar vandaan gebruikt werden.
Pas in de negentiende eeuw werd het woord sik voor een geit gebruikt. Maar in de zeventiende eeuw werd al gezegd "Geen fnazel of zikkepitjen zal er aan manqueeren".