Het werkwoord ijsberen is afgeleid van een specifiek gedrag van dieren in gevangenschap (bijvoorbeeld in een dierentuin).
Door een sterk beperkte bewegingsruimte en het ontbreken van normale prikkels vervallen veel dieren in de gewoonte om steeds maar weer hetzelfde kleine rondje te lopen of andere bewegingen steeds maar weer te herhalen.
Het verschijnsel is naar de ijsbeer genoemd omdat daarbij het gedrag het duidelijkst is.
Het woord is geïnspireerd op het gedrag dat wilde dieren die in een te kleine kooi kunnen gaan vertonen.
IJsberen maar ook leeuwen en tijgers gaan dan vaak uit frustratie zinloos heen en weer lopen tussen de uiterste begrenzingen van hun kooi.
Ijsberen die in gevangenschap leven zullen onrustig heen en weer lopen. Vandaar dat de uitdrukking 'ijsberen' ontstaan is. Dat betekent namelijk hetzelfde
IJsberen lopen ook altijd zo heen en weer, daarom heet het ijsberen. Ga maar eens in een dierentuin kijken waar ze ijsberen hebben, dan zie je het zelf.
Via Etymologiebank:
IJsberen, rusteloos maar met regelmaat heen en weer loopen, in zijne kamer op en neer loopen (gelijk een gevangen ijsbeer in zijn hok).