"In de éénentwintigste eeuw gebruiken Nederlandse jongeren de uitdrukking ‘de sjaak zijn’.
Waar die vandaan komt is voorlopig een raadsel. Van Dale vermeldt deze frase (nog) niet en ook andere woordenboeken doen er het zwijgen toe.
Misschien is er een verband met de Franse uitdrukking 'faire le jacques' (de hansworst uithangen). Jacques is in het Frans de bijnaam van de Franse boer. In die zin zou het van toepassing kunnen zijn op een sul. Een ander mogelijkheid is dat 'sjaak' een ander woord zou zijn voor sigaar. In de hedendaagse Nederlandse jeugdtaal betekent 'sjaken' roken.
Ooit was Jacques een erg geliefde Nederlandse naam maar tegenwoordig komt hij niet eens voor in de top 20 van populaire voornamen en is het een naam waar men het liefst zo snel mogelijk aan voorbij gaat. Sjaak is gewoon verworden tot een scheldnaam. Als je de ‘sjaak’ bent, dan ben je de loser. Zo simpel zou het kunnen zijn.
Misschien is Sjaak in deze uitdrukking ook een verwijzing naar de looserige welzijnswerker Sjakie uit Flodder ('Hé Sjakie, ouwe rukker'). Wie het weet mag het zeggen. "
- Bronnen:
-
http://marcdecoster.blogspot.com/2009/05/d...