Het Nederlands is uitermate rijk aan uitdrukkingen van het type "geen bal, geen snars, geen mallemoer". Onder de variaties die daarop bestaan behoren ook de donder en de bliksem, van oudsher taboewoorden - net als de du(i)vel / drommel. In sommige gezegdes is bliksem synoniem voor duivel.
Het karakter van zo'n adverbiale uitdrukking kan worden versterkt door taboewoorden te verlengen met allitererende of bijvoeglijke naamwoorden. Om de dooie dood, als de wiedeweerga, als de sodemieter, als de gesmeerde bliksem. Het woord bliksem wordt vaak gebruikt, omdat het de betekenis van "met uiterste snelheid" heeft. Bliksemsnel.
Het staat eigenlijk nergens beschreven, maar ik heb zo'n vermoeden dat het "gesmeerde" niet de betekenis heeft van met een vettige stof bestreken. Het wordt vast en zeker bedoeld in de betekenis van: ergens langs strijken, en vandaar rakelings langs de grond gaan. Als je 'm smeert, dan ga je snel weg. Als de gesmeerde bliksem: razendsnel.
- Bronnen:
-
http://www.etymologiebank.nl/trefwoord/donder
-
http://www.etymologiebank.nl/trefwoord/smeren
-
http://www.let.rug.nl/hoeksema/minimalisee...