Waarom zijn mensen bijgelovig?

Omdat ze graag het gevoel hebben dat ze invloed op gebeurtenissen kunnen uitoefenen.

Bijgeloof kan een manier zijn om met onzekerheid om te gaan. Stel dat iemand ontzettend bang is om zijn schoolexamen niet te halen en er ontzettend veel druk op hem staat (bijvoorbeeld van familie) om het wel te moeten halen.
Diegene kan dan zo bang zijn om het voor ziehzelf te verpesten, dat hij het ergens anders van wil laten afhangen of hij het haalt of niet.
Zo kan hij bijvoorbeeld verzinnen; als ik mijn knuffelbeertje als mascotte meeneem, zal ik het halen. Of als ik met mijn lievelingspen schrijf, zal ik het halen. Zo hoeven zij voor hun gevoel minder op henzelf te vertrouwen, maar kunnen zij de focus op iets anders leggen en hun onzekerheid en angst naast zich neerleggen.

Andere bijgelovigheid, zoals ongeluk wanneer je onder een ladder doorloopt, kan gelooft worden door zeer goedgelovige mensen. Die lezen bijvoorbeeld eenmaal over dit geloof, en durven vervolgens niet meer onder een ladder door te lopen, want "stel dat!".
Veelal denken zij zelf ook dat het vast en zeker onzin is, maar willen zij het "risico" toch niet nemen.

De mensen willen een handvat hebben om geluk te bezweren en ongeluk te vermijden. Iedereen wil geluk hebben, gelukkig zijn en daardoor is er meer bijgeloof dan je denkt! Bijgeloof is zo ver verbreidt dat hele volksstammen eraan moeten "geloven". In bijv. de V.S.
is vaak de dertiende verdieping van een flat niet aanwezig, omdat niemand hier zou willen wonen. In de sport is er vaak geen rugnummer 13 en op vrijdag de dertiende worden de minste huwelijken gesloten. Bijna iedereen zegt;" proost" of "gezondheid" wanneer iemand niest en drie keer niezen betekent 'mooi weer'. Hoeveel mensen kloppen niet af op hout om hun geluk maar te behouden. Niezen bijv. werd al heel vroeger gezien als het uitgooien van kwade geesten, vandaar dat er dan gezondheid gezegd wordt. De zwarte kat die ongeluk zou brengen, komt al uit de heksentijd, omdat die juist altijd zwarte katten hadden en dit werd zo geassocieerd. Heksen vergaderden weer met zijn dertienen, daarom wordt het gezien als een ongeluksgetal. Bij de katholieken weer omdat Jezus 12 apostelen had en de dertiende was Judas,de verrader. Overal op de wereld heerst bijgeloof omdat de mensen alleen geluk willen hebben en het ongeluk willen weren.

Bijgeloof ontstaat heel eenvoudig. Zodra mensen een belangrijke prestatie moeten leveren, of zodra ze worden getroffen door het noodlot, gaan ze op zoek naar zaken in hun omgeving die daar invloed op kunnen uitoefenen. De diepere wortel hiervan is het geloof in onzichtbare, goede en kwade krachten. Maar bijgeloof is zeker geen denkfout, net zoals het geloof geen denkfout is. Dat was de modernistische opvatting, dat alle geloof en bijgeloof in wezen achterlijk en achterhaald is. Daar ben ik het totaal niet mee eens! Bijgeloof is een rituele manier om met het ongrijpbare om te gaan.’

‘Vroeger speelde dat natuurlijk veel sterker dan nu. Het leven was toen veel onzekerder. Wanneer de oogst mislukt was, ging men er van alles bij sleuren om die ramp te verklaren en uit al die angsten ontwikkelde men tientallen rituelen om boze krachten op een afstand te houden. Die onzekerheden zijn tegenwoordig veel minder. Maar zodra we op voor ons onbekend terrein komen, of zodra we een uitzonderlijke prestatie moeten leveren, zoeken we weer op dezelfde manier naar houvast. Vandaar dat sporters vaak extreem bijgelovig zijn. Ze wijten hun prestatie aan een bepaald kledingstuk, aan een bepaald gebaar of een activiteit die ze moeten herhalen om opnieuw succes te kunnen hebben. En het werkt ook nog! Daar zie je de positieve kracht van bijgeloof. Het kan zorgen voor topprestaties!’

Sinds mensenheugenis is er altijd bijgeloof geweest.
Bijgeloof is grotendeels ontstaan bij de mensen om de Goden gunstig te stemmen.
En een waarschuwing voor als je de Goden niet gunstig zou stemmen, de Goden je zouden straffen.


Na een tijdje geraakte de Goden meer en meer op de achtergrond maar bleven de handelingen wel verder bestaan en door gegeven.


Vraag je nu aan de meeste mensen waarom men bijgelovig is krijg je steevast het antwoord " het is altijd zo geweest mijn moeder zei het, mijn grootmoeder zei het, mijn overgrootmoeder zei het, enz…"