Nee, dat is niet zo.
Wel is het zo, dat als mensen die hoogbegaafd zijn sociaal niet sterk zijn, dit vaak op de hoogbegaafdheid wordt gegooid.
En het is ook wel zo, dat er communicatieproblemen kunnen zijn, maar dat is niet MEESTAL zo.
Verder is communicatie tweerichtingsverkeer. Mensen met een erg hoge intelligentie worden niet altijd begrepen, en begrijpen mensen met een lagere intelligentie ook niet altijd. Maar het kan best zijn, dat ze met andere mensen die ongeveer net zo intelligent zijn wel heel goed kunnen communiceren. Betekent dat dan dat ze niet sociaal zijn, of dat ze (over en weer dus, niet alleen de hoogbegaafde persoon) op een andere golflengte zitten?
Vaak wordt van hoogbegaafde kinderen gezegd dat ze sociaal heel jong zijn, snel van hun stuk gebracht, snel verontwaardigd. Als je beter kijkt, kan het zijn dat ze juist verder zijn in hun ontwikkeling. Zo gebeurt het vaak dat heel intelligente kinderen heel verdrietig kunnen zijn als andere kinderen afspraken niet nakomen. Dit wordt dan jong gedrag genoemd, en "ze moet nog wel wat groeien", maar in feite is degene die de afspraak niet nakomt degene die nog moet leren zich aan afspraken te houden. Het intelligente kind kan dat dan al.
En er zijn heus hoogbegaafde mensen die sociaal niet sterk zijn, of ronduit zwak Ik ken ze van heel dichtbij. Maar er zijn ook normaal begaafde mensen die sociaal onbenullig zijn, en heel veel hoogbegaafde mensen die wel heel sociaal zijn, en die ken ik ook van heel dichtbij....
Toegevoegd na 18 uur:
Naar aanleiding van een andere reactie bedacht ik nog iets dat er mee te maken kan hebben:
Vaak worden kinderen (en soms volwassenen, maar meestal kinderen) getest omdat er problemen zijn. Ze lopen vast op school, worden onhandelbaar omdat ze te weinig uitdaging krijgen, of zijn ronduit ongelukkig (valt vaak samen). Kinderen waar niets mee aan de hand is, worden niet getest, omdat ze geen problemen hebben. Maar ze kunnen nog wel hoogbegaafd zijn, en soms weet diegene dat wel, maar soms ook niet.
Waarschijnlijk zijn er veel meer niet-geteste hoogbegaafden dan wel-geteste. En zijn er dus ook veel meer hoogbegaafden die geen problemen hadden die het testen noodzakelijk maakten.