Hoe weet mijn lichaam dat ik te veel zout eet bijvoorbeeld? Hoe word dit "gesorteerd" zeg maar.

Volgens mij 'weet' ons lichaam niet wanneer je teveel zout eet. Het kan enkel reageren door te zorgen dat je meer dorst krijgt bvb. Door veel water te drinken kan je het teveel aan zout uit je lichaam krijgen.
Hetzelfde geldt voor de andere voedingsstoffen. Soms kan het lichaam een tekort zelf oplossen door je zin te laten krijgen in een voedingsmiddel. Als dat niet mogelijk is, kan het lichaam enkel reageren met bvb een signaal te geven door ziek te worden of je pijn te laten voelen.

Vitaminen werken weer anders dan zouten en andere stoffen. Een overschot aan vitaminen maakt volgens mij niet zoveel uit. Bij een tekort aan vitamine c kan de collageen synthese niet (goed) plaatsvinden waar je bindweefsel uit bestaat. Hierdoor kan scheurbuik ontstaan. Zouten als natrium en kalium zijn belangrijk voor de celfuncties -> denk aan ionenconcentraties, ze geven veel signalen door doormiddel van membraanpoortjes. Nou als er te veel of te weinig is, lijkt me dat het allemaal een beetje uit evenwicht is. Te veel zout lijdt oa tot een te hoge bloeddruk en geeft klachten als hoofdpijn.

Toegevoegd na 16 minuten:
Vetten en koolhydraten worden door de lever gemakkelijk uit elkaar gemaakt. Het lichaam "weet" hoeveel doordat het metabolisme onder invloed van de hormonenregelkringen staat -> insuline/glucagon>hypothalamus>hypofyse>bijnier/alvleesklier. Het is niet heel moeilijk maar wel uitgebreid. Glucagon en insuline zijn twee antagonisten van elkaar als de één hoog is is de ander laag.

Voedingsmiddelen worden door de spijsvertering afgebroken tot door de darmwand opneembare moleculen. Koolhydraten worden afgebroken tot enkelvoudige suikers, vetten tot vetzuren en glycerol en eiwitten tot aminozuren. Wat niet verteert wordt als ontlasting uitgescheiden.

Het lichaam neemt uit het voedsel op wat nodig is. Tekorten uiten zich op kortere tot langere duur in lichamelijke en psychische klachten en ziektes. Overschotten worden of uitgescheiden door de lever, de nieren, de huid, de longen en de darmen of opgeslagen, bijvoorbeeld in de vorm van vetweefsel. Ook van sommige mineralen en vitamines kan een voorraadje worden opgeslagen.