Hoe sluit ik mijn lampen het beste aan?

Er zit een verschil in of er weer met een stekker gewerkt gaat worden of dat er een vaste aansluiting gemaakt gaat worden. De schakelaar is geschikt voor vaste aansluiting. Ervan uitgaand dat de stekker een tijdelijke “schakelaar” was.

Een huisinstallatie heeft vier kleuren draden Bruin (vroeger groen), Blauw (vroeger rood), groen geel (vroeger wit of grijs) en zwart. De bruine draad is de fase, deze voert de stroom (wisselspanning) aan, bij een batterij (gelijkspanning) is dit de plus. De blauwe (min) voert de stroom af. Groen-geel is de aarde en zwart de schakeldraad.
Bij oude installaties is vaak de aarde niet aanwezig. Bij een schakelaar gaat het om de onderbreking van één draad waardoor de stroom loopt, in NL is dit o.a. voor de veiligheid de bruine (plus).

Terug naar het begin, om de lamp te laten werken is er een bruine en een blauwe nodig. Deze kleuren leveren de stroom die ook uit een stopcontact komt. De blauwe rechtstreeks op de lamp monteren. En de bruine moet naar de schakelaar. Daar op het contact (schroefje) rechtsboven monteren. Het is een dubbele (enkele(niet geschikt voor hotelschakelingen) schakelaar. Daarna een zwarte draad op één van de onderste contacten (schroefjes). Beide contacten hebben dezelfde functie dus met twee zwarte draden monteren zowel links als rechtsonder kunnen allebei de spotjes zelfs los van elkaar geschakeld worden. Deze zwarte draad moet weer op de lamp.

Let wel op dat er voor de veiligheid alle kapjes erop gemonteerd moeten worden. Werken met spanning kan letsel en brand veroorzaken!!