Hoe komen ze aan de formules van de prijselasticiteiten?

De formules zijn ontwikkeld door middel van onderzoek.

Het idee er achter is dat verschillende producten verschillende prijselasticiteiten hebben.

Bijvoorbeeld een brood, stel brood kost 1 euro. Bij die prijs worden 1000 broden verkocht per maand. Als ze dat brood ineens 2 euro maken worden er minder broden verkocht. de prijs stijgt, vraag daalt.
bij 2 euro worden er 750 broden verkocht.

De prijselasticiteit is dan het verschil in afname = 25%/ het verschil in prijs = 100%. De prijs elasticiteit is 0.25.

Bij fietsen is het bijvoorbeeld andersom tot op een bepaalde hoogte. stel de fiets van 1000 euro wordt 20 keer verkocht. als de fiets 800 euro wordt zal hij misschien 28 keer verkocht worden.

met dezelfde formule krijg je dan dus 40/20=2.

Op basis van deze bedragen kun je grafieken maken met de omzet bij bepaalde verkoopprijzen en dus ook het aantal verkopen.

combineer deze grafieken met de productiekosten bij bepaalde hoeveelheden en prijs en kwantiteit voor maximale winst kunnen worden berekend.

De prijselasticiteit is een hulpmiddel, het zal altijd afwijken. Helemaal zeker weten doe je dus nooit.

Hoe ze kunnen weten of de vraag gaat stijgen weten ze nooit zeker, wat wel zeker is dat je met een lagere prijs meer producten verkoopt dan voor een hoge prijs. Dus een prijsverlaging werkt vraag verhogend.


Primaire levensbehoeften zijn meestal prijsinelastisch (zoals brood), secundaire levensbehoeften zijn meestal prijselastisch (zoals fietsen).