mag je permanente magneten afstotend opstellen ? of gaat deze dan demagnetiseren?

Bij met name de oude hard-ijzermagneten die gemagnetiseerd werden door de kracht van andere magneten toe te passen , neemt inderdaad het magnetisme af.
Echter gesinterde magneten zoals ferriet , Neodymium en SmCo magneten verliezen hun magnetisch veld alleen door verhitting of blootstelling aan magneetkrachten die veel hoger zijn dan hun eigen en dat laatste is vrijwel onmogelijk.
Zo heb ik opstellingen van grote Nd magneten die elkaar in een buis afstoten, de kracht , nodig om ze bij elkaar te brengen is meer dan 1000N en dat is nog steeds zo.
Ook heb ik hele oude luidsprekers met AlNiCo V magneten die nog onveranderd een zeer hoog rendement hebben (JBL 15" en RCF 18" PA speakers) alhoewel die een bijna gesloten veld hebben, de spreekspoel beweegt een een spleet die slechts 0.2 mm breder is dan de spreekspoel zelf)
Van materialen is de Curietemperatuur bekend, boven die warmte is de stof niet magnetisch en daaronder wel en laat zich na het passeren van een lamp niet meer aantrekken, koelen af en een magneet die op dat kruispunt staat trekt de ronde schijf in de richting waar het weer magnetische eigenschappen heeft,

Het is een mooie demo dat magnetisme bepaalde -ook fysische - eisen stelt.

De magneten gebouwd voor de zweeftrein die er nooit gekomen is zijn lange tijd op Ebay verkocht (189 Euro) en zullen zelfs onder de afstotende kracht zeer lang hun kracht houden. Plak ze dus nooit op een radiator of zo want die krijg je er nooit meer af!!

Zou je de radiator sterk verhitten, dan vallen ze er wel af maar zijn dan geen magneet meer, ook niet na afkoelen Met "gewone Nd magneten is die temperatuur reeds rond de 100 graden Celsius.

Bovenstaande weet ik uit eigen ervaring.

Toegevoegd na 5 minuten:
Mijn beschrijving van de Curiemotor kan verkeerd opgevat worden, kort na de veldmagneet verwarmt een gloeilamp de plaat en zo duwt de draaiende plaat zich richting lamp.
De snelheid van afkoelen (en herstel van de magnetische eigenschappen) bepaalt de omloopsnelheid, welke niet hoog is.