Hoe komt het dat de samenstelling van de buitenste aardlaag niet overal hetzelfde is? Ik denk in dit verband bijvoorbeeld aan ertsmijnen.

Globaal gezien onderscheiden we 3 soorten gesteenten: stollingsgesteente (zoals graniet en basalt), metamorf gesteente (zoals schisten en gneis) en sedimentair gesteente (zoals zandsteen en lei).

In tegenstelling met wat jij misschien zou verwachten, is de natuur juist heel goed in het sorteren en differentieren in plaats van in het door elkaar mengen en homogeniseren.

Behalve de originele samenstelling, bepalen onder andere druk, temperatuur en tijd wat er uiteindelijk voor gesteente ontstaat.

Het hangt heel erg van de lokale omstandigheden af, hoe de buitenkant er uit komt te zien en waar hij uit bestaat. Als je b.v. een stollingsgesteente hebt dat diep in de aarde ontstaat (b.v. graniet), dan zal afhankelijk van de temperatuur en de druk tijdens het afkoelen, de samenstelling van het graniet anders zijn. Bij hogere druk en temperatuur kristalliseren andere stoffen dan bij lagere druk en temperatuur. Dus krijg je in één graniet al verschil in samenstelling tussen 'de onderkant' en 'de bovenkant'.

Als vervolgens dit graniet gaat verweren en tot zand wordt en daarna b.v. weer samengeperst wordt tot zandsteen, heeft het nog de oorspronkelijke eigenschappen van het graniet. Zo krijg je al weer verschillende typen zandsteen. Het graniet kan ook opnieuw samengeperst en verhit worden, dan krijg je weer een ander type gesteente (schisten of gneis).

En dat is pas een heel klein stukje van het verhaal. Lees meer in de onderstaande link.

Moeilijke vraag om te beantwoorden ….ze bevat zowat de ganse geschiedenis van de Aarde.
Betrekkelijk homogeen is de lithosfeer : die bestaat voor het overgrote deel uit vulkanisch gesteente zoals graniet en basalt.(95%)
De aardkorst is niet overal op de wereld ….In de Atlantische Oceaan is een gebied waar ze volledig ontbreekt en waar men onmiddellijk op de aardmantel terecht komt.
Ook zijn de continentale en oceanische stukken van de korst heel verschillend : onder de oceanen is de korst zeer dun : zowat 10km , maar de stollingsgesteenten hebben zeer grote dichtheid Onder het land is de korst veel dikker (tot 40 km) , maar het gesteente is veel minder dicht.
In de bovenste laag zit naast stollingsgesteente ook afzetting (sedimentair) gesteente maar minder dan 5%
De lagen van de aardkorst verschuiven op lange termijn ; vandaar dat de continenten nog steeds op drift zijn.
Ertsen en mineralen komen voor in beide gesteenten : het vulkanisch en sedimentair ? Maar kunnen ook gevormd zijn door in aanraking te komen met andere factoren: voorbeeldje zoals water dat deeltjes meesleurt en op bepaalde plaatsen weer afzet in lagen
Er zijn in de geschiedenis van de Aarde ook heel wat geologische tijdvakken , die een cruciale rol spelen in het vormen van de ondergrond en de bodem ,maar daarover uitweiden zou ons een beetje te ver brengen …. Voorbeeldje toch : In het carboon tijdperk is de meeste van de steenkool gevormd.
De (humus) bodem is nog een andere kwestie , op veel plaatsen heeft de menselijke hand daar al veel aan veranderd.

Toegevoegd na 24 minuten:
artikeltje (engels) als voorbeeld hoe en waarom zich een bepaald erts zich ergens formeert (voorbeeld:goud)

Toegevoegd na 10 uur:
Je zou dan zeggen ...en al dat metaal en zo in de grond , die zeer belangrijk zijn voor ons.... globaal gezien zijn de meeste grondstoffen zeer schaars vergeleken met de grootte van de Aarde.En de meeste worden gevormd door de drie voorgaande redenen , maar plaatselijk kunnen er nog factoren bijkomen :zoals plooiingen , verzakkingen .... gedurende de verschillende geologische periodes. Ferro-metalen (ook de kern van de Aarde) zijn minder zeldzaam.