Volgens de (katholieke) Willibrordvertaling-1978 vrouwelijk.
Genesis 3,1: "Van alle dieren, die Jahwe God gemaakt had, was er geen zo sluw als de slang. Ze zei tot de vrouw: "(...)"
Toegevoegd na 1 minuut:
Merkwaardig is dan echter, dat in de laatste zin van de bijbehorende voetnoot staat: "hij is de voorloper van de duivel".
Toegevoegd na 5 minuten:
Ook de oeroude (protestantse) Statenvertaling spreekt van "zij":
"De slang nu was listiger dan al het gedierte des velds, hetwelk de HEERE God gemaakt had; en zij zeide tot de vrouw: Is het ook, dat God gezegd heeft: Gijlieden zult niet eten van allen boom dezes hofs?"
Toegevoegd na 14 minuten:
De katholieke Petrus Canisius-vertaling (1967) spreekt ook 1van "zij": "De slang was het sluwste van alle dieren in het wild, die Jahweh God had gemaakt. Zij sprak tot de vrouw (...)"
In de voetnoot wordt vermeld dat de slang in dit verband optreedt als de vertegenwoordiger en het werktuig van de duivel. Wat 'dus van de slang gezegd wordt, moet op den duivel worden toegepast'.