Voor een deel word je ermee geboren , denk ik, nl. als je heel perfectionistisch bent.
Als je altijd alles zo perfect mogelijk wilt doen, omdat je anders het gevoel hebt gefaald te hebben, zal iets helemaal nieuws je onrustig maken, omdat je vreest, dat je het niet volgens je eigen hoge lat kan volbrengen. Maar het leven leert je vanzelf, dat niets perfect is, en dat beter dan je best doen niet mogelijk is.
Ook kan je je onzeker voelen, als er nooit iemand je zegt, dat je goed bezig bent, maar dat je dit of dat beter zou kunnen doen, als je zus of zo...
Je moddert dan wat aan in de hoop dat het goed is, maar je weet dit eigenlijk niet zeker.
Er zijn denk ik maar weinig mensen die nooit twijfelen aan zichzelf, en wat ze denken, zeggen of doen.
Die zichzelf zó geslaagd vinden, dat ze op hun eenzame hoogte hun eigen gang gaan, zonder zich ooit maar een moment af te vragen of te twijfelen dat het echt allemaal optimaal is wat ze presteren.
Dus momenten van faalangst kent iedereen.
Belangrijker is, dat je je niet laat verlammen, en al bij voorbaat opgeeft, en er dus niet eens aan durft te beginnen.
Als je je voor kunt houden, dat álles mogelijk is tot bewezen is dat het níét mogelijk is, kom je een heel eind, om even diep adem te halen, en aan iets te beginnen. Vallen en weer opstaan, leren van je fouten, als je iets bijna onmogelijks hebt volbracht weten, dat je dus ook iets nieuws 'onmogelijks' kan beginnen, en misschien zelfs tot een goed einde kan brengen.
En rustig zijn en kalm in de wetenschap, dat je je uiterste best hebt gedaan.