Wat is de betekenis van niet-essentiële winkels?

Onder niet-essentiële winkels wordt verstaan: winkels die niet voorzien in onze (eerste) levensbehoefte. Hieronder een overzicht van de winkels die wél open blijven:
Supermarkten
Hema: ALLEEN voor voor levensmiddelen en verzorgingsproducten
Bakkers, slagers, viswinkels, slijterijen en groenteboeren
Drogisterijen en apotheken
Wasserettes en stomerijen
Opticiens en audiciens
Banken
Servicepunten voor het halen en brengen van pakketten, brieven en poststukken
Dierenspeciaalzaken
Autogarages en tankstations
Bouwmarkten en doe-het-zelf-zaken mogen bereikbaar zijn voor afhalen van bestellingen
Weekmarkten met levensmiddelen
Winkels die buiten kerstbomen en bloemen verkopen
Groothandels van levensmiddelen voor bedrijven
De Rijksoverheid hanteert de grens van 30 procent omzet uit bijvoorbeeld voedingsmiddelen, wc-papier en zeep voor het wel of niet moeten sluiten van winkels.
Laatste nieuws: ruim vierhonderd winkels van Action in Nederland openen toch weer hun deuren voor klanten. Die kunnen bij de budgetketen uitsluitend terecht voor producten die als essentieel worden beschouwd, zoals schoonmaakmiddelen, hygiëneproducten en etenswaren. De keten verklaart ondanks de maandag afgekondigde lockdown open te mogen, omdat ongeveer 40 procent van de omzet behaald wordt met essentieel geachte artikelen.
.
De grens van 30% is net verhoogd naar 70%. Hema en Action e.d. vallen hier dus buiten.

Daar is niet zo meteen een definitie voor. Wat je vernoemt, levensmiddelen, dat is uiteraard essentieel, maar ook daar kan je geen lijn in trekken.
Het wordt een beetje vanuit twee perspectieven vastgelegd: vanuit het aanbod van de winkel en vanuit het risico dat je loopt. Maar ook risico kan verschillend geïnterpreteerd worden.
Een voorbeeld . In België waren in de eerste periode (maart) waren open o.m.:
- supermarkten (die mochten alles verkopen, ook kledij, terwijl vele kleine winkels met enkel levensmiddelen dicht moesten)
- gsm-winkels (enkel die waar je ook abonnementen kon afsluiten, dus geen gadgetwinkels etc voor smartphones)
- apothekers
- horeca (voor afhaal of levering)
Groepsactiviteiten (bv sport) werd stilgelegd, hobby binnen mocht maar winkels voor materiaal (vb wol) waren dicht, doe-het-zelf zaken gingen ook dicht, je moest op een bepaalde afstand van je woonst blijven voor beweging bv wandelen.
In die periode was er een significante stijging van huishoudelijk geweld, kindermisbruik, depressies, zelfmoorden...
In de tweede periode, die nu in afgezwakte vorm nog steeds loopt, bleven dezelfde winkels open maar ook
- kleinere winkels die voedingswaren verkopen
- verzorgingsproducten
- goedkope winkels zoals Action
- doe-het-zelf
- hobbywinkels (materiaal voor naaien, diverse kunsten bv boetseren/schilderen...)
Voor alle winkels gold tot voor kort wel een beperking op wat men verkocht. Kledij en elektro bv mocht niet in het aanbod (intussen weer wel).
De uitbreiding in de tweede periode kwam er wellicht omdat men ervan uitging dat het afnemen van alle hobbymogelijkheden, inperken uitstappen enz. negatief was voor het psychisch welzijn. En dat dit mogelijk geleid heeft tot toename huishoudelijk geweld enz. Dit werd dus ditmaal ook beschouwd als een risico, niet alleen corona.
Dat twee winkels met ogenschijnlijk ongeveer hetzelfde aanbod toch niet allebei moeten sluiten (of open mogen) heeft te maken met het label dat die winkel draagt. Is je label bv "textielsuper" (ook al heb je ook een ander aanbod) dan zit je bij een categorie die niet als essentieel beschouwd wordt (kledij). Is je label ruimer dan kan je mogelijk een aanbod hebben dat wel essentieel is, ook al verkoop je deels ook kledij. (op het moment van Lockdown mocht je die kledij dus niet verkopen, deze afdeling werd bv afgeplakt).
Soms kiezen winkels er ook zelf voor om dicht te blijven omdat hetgeen ze mogen/kunnen verkopen niet voldoende is om rendabel te werken.

Vanwege de verwarring zijn de regels door het kabinet aangescherpt. Eerst moest het percentage van de omzet voor tenminste 30 procent uit ‘essentiële producten’ zoals voedingsmiddelen en hygiënewaren worden gehaald. Maar nu moet dat percentage minimaal *70 procent* zijn en de betreffende artikelen moeten gescheiden van eventuele andere verkoopwaar staan opgesteld. Gevolg is dat filialen van de Hema nu toch gesloten zijn.

Alleen winkels die *in hoofdzaak* levensmiddelen, diervoeding of drogisterijartikelen verkopen mogen openblijven.