Dat kon op diverse manieren, en verschilde misschien ook per bank. Maar bij de bank, waar ik mijn rekening had (Nutsspaarbank), kon het in ieder geval op de volgende twee manieren:
1. Voor de rekening, waarop onder andere je salaris werd gestort, kreeg je bankcheques. Deze cheques kon je bij de balie van de bank verzilveren.
2. En voor je (spaar)rekening had je een bankboekje. Hierin stond iedere storting en iedere opname vermeld en het saldo dat nog op de rekening had.
Ik kan me alleen niet herinneren of en zo ja hoe je je moest legitimeren. In die tijd had je in ieder geval geen legitimatieplicht. Daarom had niet iedereen een id-bewijs.