Radiogolven, ook radiofrequente straling genoemd, zijn golven in de vorm van elektromagnetische straling met golflengten uiteenlopend van ruwweg duizend kilometer tot een millimeter, dus in het frequentiegebied van enkele honderden Hz tot enkele honderden GHz, die gebruikt worden in de communicatietechniek om informatie over te brengen van een zender naar een of meer ontvangers. De zender zendt via een antenne, al dan niet gericht, de radiogolven uit, die na voortplanting door de ruimte opgevangen worden door de antenne van de ontvanger. De radiogolf dient daarbij als drager voor de te zenden informatie, die als variatie in de amplitude (AM) of in de frequentie (FM) aanwezig is.
Door de in de radiogolf aanwezige informatie is de golf niet precies van één bepaalde frequentie, maar bestrijkt een zeker gebied, frequentieband genaamd, rondom de frequentie van de draaggolf.
De verzonden informatie betreft spraak, muziek, televisiebeelden en andersoortige data.
Vroeger onderscheidde men bij radiouitzendingen vooral de korte, midden- en lange golf. Tegenwoordig beslaan de voor communicatie gebruikte radiogolven een veel groter deel van het elektromagnetische spectrum; met name zijn veel golven korter dan "korte golf". Men onderscheidt wel de volgende gebieden, waarbij niet te veel waarde aan de precieze grenzen gehecht dient te worden.
- Bronnen:
-
http://nl.wikipedia.org/wiki/Radiogolf