Bron: © Instagram. Wesley Sneijder aan het werk als voetbalanalist met aan zijn zijde Noa Vahle.
De voetbalanalisten staan weer eens ter discussie. In zijn column in Voetbal International stelt schrijver en columnist Nico Dijkshoorn dat ex-voetballers ongeschikt zijn om voor een groot publiek over voetbal te praten. In scherpe bewoordingen zet hij de toon voor een nieuwe golf van kritiek op het groeiende leger analisten dat dagelijks op televisie en online verschijnt om hun licht te laten schijnen over het voetbalspel.
Clichés en holle frasen
Dijkshoorn neemt de huidige generatie voetbalanalisten flink op de hak. Volgens hem ontbreekt het veel oud-spelers aan taalgevoel en analytische diepgang. “Ze hebben in hun carrière vooral geluisterd naar trainers, maar als ze eenmaal zelf achter een desk zitten, vervallen ze in clichés en holle frasen”, schrijft hij. Zijn column raakt een gevoelig snaar, omdat de discussie over de kwaliteit van sportpraatprogramma’s al een tijdje voortwoekert.
Lees verder onder de video >>
Geen nieuwe inzichten
Dijkshoorn gaat nog verder en stelt dat veel analisten hun populariteit vooral danken aan hun prestaties op het veld, maar niet aan hun vermogen om kijkers nieuwe inzichten te bieden. Daarmee raakt hij direct een gevoelig punt namelijk de vraag of ex-voetballers per definitie betere analisten zijn dan bijvoorbeeld journalisten.
Analisten roepen eerder vragen op
We tellen inmiddels tientallen vaste gezichten in de studio’s van ESPN, Ziggo Sport, Veronica en NOS. Oud-internationals zoals Rafael van der Vaart, Wesley Sneijder, Pierre van Hooijdonk en Marco van Basten schuiven regelmatig aan om wedstrijden te analyseren. Hun aanwezigheid trekt kijkers, maar roept tegelijk ook vragen op.
Oppervlakkige en platte meningen
Critici stellen dat de analyses vaak oppervlakkig zijn en draaien om ‘platte’ meningen in plaats van scherpe tactische inzichten. Voorstanders daarentegen benadrukken dat oud-voetballers met hun ervaring het spel door en door kennen. Daarmee ontstaat een spanningsveld: kijkers willen vermaak, maar ook inhoud.
Cruijff en Derksen drukken stempel
Het debat over de rol van voetbalanalisten is niet nieuw. Al in de jaren 90 werden figuren als Johan Cruijff en Johan Derksen bekritiseerd om hun directe stijl en scherpe uitspraken. Toch bleken juist zij in staat om een groot publiek te bereiken en een stempel te drukken op hoe Nederlanders over voetbal praten.
Lees verder onder de video >>
Van sport naar infotainment
De kritiek van Dijkshoorn past in een bredere trend waarin de rol van de media steeds vaker ter discussie staat. Sportpraatprogramma’s zijn in de loop der jaren verschoven van inhoudelijke analyse naar infotainment. Kijkcijfers bepalen de toon, en die vragen soms om controverse en spektakel.
De kracht en zwakte van ex-voetballers
Ex-voetballers hebben een onmiskenbaar voordeel: zij kunnen vertellen hoe het voelt om voor 50.000 man te spelen, om onder druk een penalty te nemen of in de kleedkamer de tactiek te bespreken. De persoonlijke ervaringen geven kleur en geloofwaardigheid aan hun verhalen.
Maar Dijkshoorn wijst er terecht op dat dit niet automatisch leidt tot heldere of boeiende televisie. Veel oud-spelers missen het vermogen om hun kennis in begrijpelijke en prikkelende taal te vertalen. Het gevolg: lange stiltes, haperende zinnen en het eindeloos herhalen van open deuren.
Lees verder onder de berichten >>
De kijker als scheidsrechter
Uiteindelijk beslist het publiek wie succesvol is als analist. Het valt op dat bepaalde namen, ondanks kritiek, vaste waarden blijven. Een voorbeeld is Wesley Sneijder, die regelmatig onder vuur ligt vanwege zijn nonchalante stijl en directe uitspraken, maar bij producenten geliefd blijft omdat hij voor hoge kijkcijfers zorgt.
Tegelijkertijd winnen nieuwe stemmen terrein. Jonge journalisten, tactische bloggers en data-analisten vinden steeds vaker hun weg naar podcasts en YouTube-kanalen. Zij brengen een meer analytische en feitelijke benadering die juist bij jongere kijkers in de smaak valt.
Hoe zit dat in het buitenland
De discussie speelt niet alleen in Nederland. Ook in landen als Engeland, Duitsland en Spanje woedt het debat over de rol van voetbalanalisten. In Engeland wordt oud-speler Gary Neville geprezen om zijn gedetailleerde tactische analyses bij Sky Sports, terwijl anderen juist kritiek krijgen omdat ze vooral hun eigen carrière blijven oprakelen.
In Duitsland is Lothar Matthäus al jaren een vaste analist bij Sky, maar hij krijgt regelmatig het verwijt dat hij te vaak blijft hangen in persoonlijke meningen. In Spanje zijn figuren als Gerard Piqué zelfs eigen mediakanalen begonnen om hun kijk op het spel te geven, buiten de traditionele tv-studio’s om.
Keus genoeg voor de kijkers
De vraag is of de dominantie van oud-voetballers als analisten in de toekomst afneemt. Het medialandschap verandert snel: podcasts, YouTube en sociale media bieden ruimte voor een veel diverser palet aan stemmen. Kijkers zijn steeds minder afhankelijk van de traditionele talkshows en kiezen vaker zelf welke experts ze volgen.
De kritiek van Dijkshoorn kan worden gezien als een wake-upcall voor redacties: het publiek wil meer diepgang, meer taalgevoel en minder oppervlakkig vermaak. De vraag is of producenten durven te experimenteren met andere stemmen dan alleen de bekende oud-internationals.
Bronnen:
Voetbal International, Sky Sports