Ga naar de inhoud

BETRAPT: Justin (28) meldde zich ziek met ‘buikgriep’ maar ging in de achtbaan

BETRAPT Justin (28) meldde zich ziek met ‘buikgriep’ maar ging in de achtbaan Bron: BETRAPT Justin (28) meldde zich ziek met ‘buikgriep’ maar ging in de achtbaan 

“Dit zijn de verhalen die je normaal níet hoort. Soms hilarisch, soms ronduit gênant – en vaak schokkender dan je denkt. Want ja, betrapt worden… dat overkomt mensen vaker dan je zou verwachten. Misschien herken je het zelf wel. Deze week in Betrapt: het onvergetelijke verhaal van Justin.”

Ziekmelden en spijbelen

Het was een dinsdagochtend in oktober. Buiten was het die typische, heldere herfstdag: koud, maar met een strakblauwe lucht en een fel zonnetje. In mijn appartement in Utrecht ging de wekker om 07:00 uur, zoals altijd. Maar terwijl ik naar het plafond staarde, voelde ik een enorme weerstand. Niet tegen het leven, maar tegen de kantoortuin. Tegen de targets, de eindeloze Zoom-meetings en de geur van lauwe koffie uit de automaat.

Ik werk als accountmanager bij een middelgroot IT-bedrijf. Het is een prima baan, betaalt goed, maar de druk ligt hoog. De afgelopen weken had ik overuren gedraaid, weekenden doorgewerkt en een grote deal binnengesleept. Ik was op. Mentaal, fysiek, gewoon helemaal klaar. Ik had behoefte aan lucht. Aan schreeuwen. Aan adrenaline die niet voortkwam uit een boze klant, maar uit pure snelheid.

Het perfecte acteerwerk

In een opwelling pakte ik mijn telefoon. Ik opende WhatsApp, typte een berichtje naar mijn teamleider, Mark, en wiste het weer. Een appje was te onpersoonlijk, dat zou verdacht lijken. Ik moest bellen. Ik schraapte mijn keel, kuchte een paar keer overdreven hard om mijn stem wat rauwer te laten klinken en drukte op de belknop.

“Hey Mark, met Justin,” zei ik met een zielig, krakend stemmetje. “Het spijt me enorm, maar ik heb een vreselijke nacht gehad. Iets verkeerds gegeten, denk ik. Ik hou niks binnen. Het is echt een drama hier.” Mark klonk bezorgd. “Oei, dat heerst, jongen. Blijf lekker in bed, ziek goed uit. We vangen het hier wel op.”

Ik hing op en voelde direct een golf van euforie gemengd met een vleugje schuldgevoel. Dat schuldgevoel duurde precies 5 minuten. Daarna sprong ik uit bed, trok mijn spijkerbroek en sneakers aan en pakte mijn autosleutels. Ik ging niet in bed liggen. Ik ging naar de Efteling.

Adrenaline in plaats van deadlines

De rit vanuit Utrecht naar Kaatsheuvel voelde als een ontsnapping uit een gevangenis. Met de radio hard aan en de zonnebril op mijn neus, voelde ik me de koning te rijk. Het was een doordeweekse dag buiten de schoolvakanties; het zou heerlijk rustig zijn. Geen rijen, geen gillende kinderen, alleen ik en de achtbanen.

Eenmaal in het park was het precies zoals ik had gehoopt. De wachttijden waren nihil. Ik kon zo doorlopen bij de Python, deed 2 rondjes in Joris en de Draak en zweefde door de Droomvlucht. Tussendoor checkte ik neurotisch mijn werktelefoon, maar die had ik op stil gezet. 2 gemiste oproepen van een klant. Jammer dan, dacht ik, ik ben ziek. Ik at een broodje Unox (zoveel voor mijn ‘buikgriep’) en genoot van de vrijheid. Het voelde als het perfecte misdrijf. Niemand kende mij hier. Ik was anoniem en wat had ik dit even nodig (en verdiend!).

Oog in oog met de grote baas

Rond een uur of 3 besloot ik in de rij te gaan staan voor de Baron 1898. Voor wie het niet kent: dat is zo’n ‘dive coaster’ waar je loodrecht naar beneden stort. Omdat ik alleen was, kon ik gebruikmaken van de ‘single rider’ rij. Die gaat vaak sneller. Ik stond te wachten, een beetje om me heen te kijken en te genieten van het zonnetje, toen ik ineens een bekende stem hoorde.

Nou, dat wordt spannend, hè?

Het was een zware, joviale stem. Ik verstijfde. Langzaam, heel langzaam, draaide ik mijn hoofd naar rechts, naar de reguliere wachtrij die parallel liep aan de single rider rij. Er zat slechts een laag hekje tussen ons in.

Daar stond hij. Niet Mark, mijn teamleider. Nee, het was erger. Veel erger. Het was Robbert. De Commercieel Directeur van ons bedrijf. De grote baas. De man die over promoties en ontslagen gaat. Hij stond daar met zijn vrouw en 2 kinderen, waarschijnlijk profiterend van een studiedag van de basisschool. Hij droeg een casual jas, maar zijn blik was onmiskenbaar zakelijk toen hij mij aankeek.

Betrapt met een suikerspin

Onze ogen kruisten elkaar. De tijd leek stil te staan, alsof de Baron zelf even op de rem trapte. Ik had geen zonnebril meer op. Ik had geen petje op. Daar stond ik, in mijn volle glorie, met een gezonde blos op mijn wangen van de buitenlucht, en – het allerergste – ik was net de laatste hap van een suikerspin aan het wegwerken. Suikerspin. Het voedsel dat je absoluut niet eet als je maag van streek is.

Robbert keek naar mij. Hij keek naar de suikerspinresten op mijn hand. Hij keek weer naar mij. “Justin?” zei hij, met een toon die het midden hield tussen verbazing en teleurstelling. “Ik dacht dat ik vanochtend een mailtje zag langskomen dat jij ziek was? Iets met… buikgriep?”

Mijn hart bonkte in mijn keel, harder dan in welke achtbaan dan ook. Ik kon niet liegen. Ik kon niet wegrennen. We stonden letterlijk opgesloten tussen de hekken van de wachtrij. “Eh, hoi Robbert,” stamelde ik. Mijn stem klonk ineens weer normaal, niet meer schor en ziek zoals vanochtend. “Ja… klopt. Het… het ging ineens een stuk beter. Frisse lucht, weet je wel?”

Het was het slechtste excuus uit de geschiedenis van de mensheid. Robbert glimlachte. Het was geen vriendelijke glimlach. Het was de glimlach van een roofdier dat zijn prooi in het nauw heeft gedreven. “Frisse lucht,” herhaalde hij langzaam. “In de Efteling. Op 70 kilometer van je huis. Terwijl je team bezig is met de kwartaalcijfers.”

Zijn vrouw gaf hem een por in zijn zij, waarschijnlijk om de sfeer voor de kinderen niet te verpesten, maar het kwaad was al geschied. “Geniet van de rit, Justin,” zei hij ijskoud. “We spreken elkaar morgenochtend. Om 9 uur. In mijn kantoor.”

De ‘walk of shame’

De rit in de Baron was vreselijk. De vrije val voelde niet als een kick, maar als een voorbode van mijn carrière die de afgrond in stortte. Ik ben daarna direct naar huis gegaan. De terugrit naar Utrecht was de langste van mijn leven. Ik heb de hele avond scenario’s in mijn hoofd afgespeeld. Zou ik op staande voet ontslagen worden? Zou ik een officiële waarschuwing krijgen?

De volgende ochtend liep ik het kantoor binnen. Het voelde als de ‘walk of shame’. Mark, mijn teamleider, vroeg nog bezorgd: “Hey, gaat het weer een beetje? Je ziet er nog wat bleekjes uit.” Ik kon hem niet eens aankijken. Om 9 uur meldde ik me bij Robbert. Hij liet me tien minuten wachten voordat hij me binnenriep.

Een dure les en een running gag

Ik ben niet ontslagen. Ik heb geluk gehad, en misschien hielp het dat ik die grote deal net had binnengehaald. Maar ik kreeg wel een officiële waarschuwing in mijn dossier én ik moest al mijn laatste vrije dagen voor de rest van het jaar inleveren om de ‘ziektedag’ en de gederfde productiviteit te compenseren. Bovendien ben ik nu de ‘running gag’ van de afdeling. Als iemand nu een broodje eet tijdens de lunch, vraagt Robbert steevast: “Pas je op? Voor je het weet moet je naar de Efteling om uit te zieken.”

Ik heb mijn lesje geleerd. Als ik me ooit nog ziek meld, zorg ik dat ik de deur niet uitkom. Of ik check op z’n minst de agenda van de directeur.

  • Heb jij ook zo’n ervaring gehad? Mail dan naar redactie@startpagina.nl en wie weet zien we jouw (anonieme) verhaal binnenkort terug.

Lees ook onze andere erotische rubrieken:

Meer over: