In bijgevoegd figuur is de juistheid van voorspellingen (van een specifieke meteorologische variabele) weergegeven. Je ziet dat de voorspellingen in de loop van de tijd beter zijn geworden en dat de voorspellingen op de korte termijn (3 dagen) in meer dan 95 % van de gevallen goed is, terwijl op de lange termijn (10 dagen) dit slechts 45% is.
Voor de periode van 10 - 14 dagen kunnen we aannemen dat de voorspelbaarheid nog lager ligt dan deze 45%.
Hoe komt het dat de voorspellingen beter zijn geworden:
We hebben op dit moment betere modellen die het weer berekenen, de modellen worden steeds beter doordat we het atmospherische systeem beter begrijpen.
Daarnaast zijn de beginwaarde voor de berekening erg belangrijk, een klein verschil in de beginwaardes kan na meerdere berekingen grote verschillen opleveren. Je kan het vergelijken met een bal die op de top van een heuvel ligt en naar beneden rolt. Een kleine verandering in de beginpositie kan ervoor zorgen dat de bal naar de andere kant van de heuvel rolt.
In de afgelopen jaren zijn er steeds meer waarneemlocaties bijgekomen, en er wordt ook gebruik gemaakt van satelietbeelden waardoor de beginwaardes steeds dichter bij de werkelijkheid liggen. (Op het zuidelijk halfrond zijn minder waarnemingen beschikbaar waardoor de weersvoorspellingen daar over het algemeen slechter zijn).
Het belang van die beginwaardes is ooit beredeneerd door de heer Lorenz, hij berekende dat een klein verschil in de windsnelheid, veroorzaakt door de vleugelslag van een vlinder, het verschil kan zijn tussen wel of geen orkaan (butterfly effect).
Ik heb wel eens gehoord dat volgens de theorie van Lorenz het onmogelijk is juiste weersvoorspellingen te doen 14 dagen vooruit.
- Bronnen:
-
http://old.ecmwf.int/products/forecasts/d/...