Een mooi informatiestukje is dit:
http://home.wanadoo.nl/wvdput/Klasinfo/Materiaal/vergelijkingen.htm#A2 (echt een aanrader!!)
Wat betreft jouw vergelijking, 253(a^15) is het antwoord.
Dit komt als volgt:
Onderdeel 1: (5a^5)^3
We kunnen, zoals gesteld, (gp)^q = g^(p* q) doen.
Dus dan krijgt men: (5^3)(a^(5 * 3)) = 125a^15.
Onderdeel 2: -(4a^4)^2
We kunnen ditzelfde trucje weer toepassen:
(4^2)(a^(4*2)) = 16a^8.
Dit nog keer -1, krijgen we: -16a^8.
Onderdeel 3: -8a^7.
Dit gedeelte kan niet verder worden versimpeld/herleid.
Nu moeten we nog al deze onderdelen samenvoegen:
125a^15 -16a^8 * -8a^7.
Nu zien we dat we het nog verder kunnen versimpelen omdat -16a^8 * -8a^7 iets 'nieuws' zal opleveren.
Eerst de -16*-8 = 128. 128(a^(7+8)) = 128a^15.
Dit stoppen we weer in de 'rij' terug:
125a^15 + 128a^15. Dit kunnen we weer versimpelen omdat a^15 de gelijke factor is in beide delen.
125 + 128 levert ons 253 op en dus wordt de totale 'uitkomst' 253a^15.
Snap je?
- Bronnen:
-
http://home.wanadoo.nl/wvdput/Klasinfo/Mat...