tegen valt in druppel vorm waarom niet in hele bak water op een plek?

Dit komt omdat er niet alleen water in de wolken zit, maar ook lucht. Hierdoor kan waterdamp (in de wolken) wel druppels vormen, maar niet als één geheel samenkomen.

Elke regendruppel begint als mist of een heel klein ijskristalletje. Het druppeltje of ijskristalletje begint langzaam te vallen en aan te groeien. Om regen te worden moeten de ijskristalletjes natuurlijk nog smelten. De druppeltjes versmelten en groeien en de druppel begint steeds sneller te vallen. De zwaartekracht zorgt er dus voor dat het aangroeiproces stopt omdat de grote druppels uit de wolk vallen en niet nog verder kunnen groeien. Bij onweersbuien kunnen regendruppels weer helemaal naar boven geblazen worden en weer bevriezen als hagel. De verticale wind in een onweersbui kan wel oplopen tot 100 km per uur. Daardoor worden hagelstenen wel eens erg groot, omdat er ook weer koude lucht om de opstijgende lucht heen naar beneden valt komen die hagelstenen met die koude lucht weer naar beneden. Als er niet zoveel verticale horizontale luchtstroming is, dan versmelten de druppeltjes bijna niet en krijg je heel fijne motregen.