Hoe gaat het produceren van papier in z'n werk?

De belangrijkste grondstof voor papier en karton is pulp. Pulp kan gemaakt worden van zowel oud papier als van hout. Als er gewerkt wordt met oud papier, moet dat eerst worden opgelost in water en vervolgens schoongemaakt.
Ook hout moet worden voorbewerkt.

Dan volgt het productieproces uit pulp van oudpapier, hout of een combinatie van beide, opgelost in water (het mengsel bestaat voor 99% uit water). De pulp wordt op een lopende zeef verdeeld. De vezels grijpen in elkaar, waardoor er een papiersamenstelling ontstaat. Een groot deel van het water lekt uit de pulp weg. De nog natte vezels blijven over en worden geperst en gedroogd: het papier loopt hierbij over diverse, met stoom verhitte walsen. Aan het einde bevat het papier nog 5 à 10% water (afhankelijk van de papiersoort), de rest is vezel.

Het papier kan eventueel glad worden gemaakt of een extra coatinglaagje krijgen. Vervolgens wordt het op een reusachtige rol gewikkeld, genaamd tambour.
De grote tambouren kunnen tot kleinere rollen worden gesneden en met behulp van snijmachines tot verschillende formaten verwerkt.

Sommige papierfabrieken leveren een tambour als geheel aan een papierverwerker (b.v. de drukkers van kranten) die het papier (zoals krantenpapier, maar ook b.v. karton) op zijn beurt verwerkt tot een eindproduct. Andere fabrieken maken direct het eindproduct (bijvoorbeeld A4-papier of tissues).